FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81  
82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   >>   >|  
ng hebben op God, door de menschen kunnen gestraft worden; en in hoeverre. Met Covarruvias, die dit onderwerp wijd en breed behandelde, is Grotius het niet heelemaal eens. Reeds vroeger heeft hij de meening, die ook Covarruvias houdt, dat men n.l. om iemand te tuchtigen jurisdictie moet hebben in den strengen zin des woords, weerlegd. De overheid heeft, behalve voor het eigen volk, zorg te dragen voor de societeit, die de geheele wereld omvat; de koningen kan men vergelijken met de bisschoppen der kerk. Dezen hebben op zich genomen zorg te dragen, niet alleen voor de hun toevertrouwde kudde, maar tevens voor de geheele kerk. Dat God machtig genoeg is om zelf het kwaad tegen Hem bedreven, te straffen, en wij daarom ons met zulke misdrijven niet moeten bemoeien, wordt wel ooit met eenigen schijn van grond gezegd, maar dit argument is niet steekhoudend. Er zou immers uit volgen, dat wij nooit recht hadden om te straffen, daar God machtig genoeg is om alle misdaden te straffen, (ibid. Sec. 44, no 1. 2.) Er wordt nog beweerd, dat alleen strafbaar is, datgene, wat ten nadeele is van andere menschen, of wat hen of hun goed in gevaar brengt; maar hier tegenover staat, dat de mensch ook die misdaden straft, die niet direct, tegen het recht van een ander zijn, maar als "per consequentiam". Als voorbeeld kan hier dienen, zelfmoord, en "concubitus cum bestiis." (ibid. Sec. 42 no 2.) Op dezen laatsten grond nu is men bevoegd ongodsdienstigheid te straffen; om de gevolgen. Want de godsdienst, ofschoon hij voor doel heeft Gods gratie te verkrijgen, speelt een zeer groote rol in de maatschappij. Naar waarheid, noemt Plato, den godsdienst, het bolwerk van macht en recht; en Epicurus, die geen goddelijke Voorzienigheid erkent, erkent ook geen recht. Vooral in de wereld-maatschappij is God onmisbaar. Want hier is bijna geen ander middel om het recht in stand te houden, dan geweld van wapenen; weinige wetten zijn hier mogelijk en zijn zij mogelijk, dan ontleenen zij nog alleen aan God hun sanctie [141]. Zonder God moet daarom de maatschappij ten gronde gaan, en het gevolg zal zijn, dat hij die misdoet tegen God, tegen de maatschappij zondigt, en daarom strafbaar is. Wanneer is ongodsdienstigheid echter strafbaar, of wanneer is zulk misdrijf verderfelijk voor het gemeenschappelijk leven? Het ware en natuurlijke Godsgeloof heeft vier punten: 1 deg. God bestaat en is een; 2 deg. Niets, van hetgeen wij zien is God, Hij is i
PREV.   NEXT  
|<   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81  
82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   >>   >|  



Top keywords:

straffen

 
maatschappij
 

daarom

 

alleen

 

strafbaar

 

hebben

 
godsdienst
 
wereld
 

geheele

 
dragen

mogelijk

 

menschen

 

genoeg

 

machtig

 

erkent

 

Covarruvias

 

misdaden

 

ongodsdienstigheid

 
laatsten
 

bestiis


consequentiam

 

groote

 

zelfmoord

 

dienen

 
ofschoon
 

gratie

 
gevolgen
 

bevoegd

 

speelt

 
voorbeeld

verkrijgen

 

concubitus

 

misdrijf

 

verderfelijk

 

gemeenschappelijk

 

wanneer

 
echter
 

misdoet

 

zondigt

 

Wanneer


hetgeen

 

bestaat

 

natuurlijke

 

Godsgeloof

 
punten
 
gevolg
 

Vooral

 

Voorzienigheid

 
onmisbaar
 

middel