FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59  
60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   >>   >|  
iek ongeduldig. --Ja, breng ons bij hem, herhaalde Balthasar, want wij hebben zijne ster gezien, dezelfde die gij daar boven het huis ziet, en zijn gekomen om hem te aanbidden. De Hindoe vouwde de handen en zeide: Waarlijk God leeft! Haast u, haast u! Wij hebben den Verlosser gevonden! Gezegend zijn wij boven alle menschen! De lieden, die nog op het dak waren, kwamen ook beneden en volgden de vreemdelingen, die door den wachter langs den ons bekenden weg gebracht werden naar de spelonk. Toen zij echter zagen dat het regelrecht op de ster afging, keerden sommigen uit angst terug, maar de overigen gingen mede. Zoodra de drie vreemdelingen de spelonk naderden rees de ster omhoog, al hooger en hooger in de lucht, om toen zij binnentraden uit het gezicht te verdwijnen. Zij, die getuige waren van wat nu plaats had, moesten weldra erkennen, dat tusschen de vreemdelingen en de ster een goddelijk verband bestond, waar ook de bewoners van den stal in betrokken waren. Die maar eenigszins kon drong mede naar binnen. In de spelonk brandde een lantaarn, die licht genoeg verspreidde, om de drie reizigers den weg te wijzen naar de moeder, die het kind in de armen hield. --Is dat uw kind? vraagde Balthasar aan Maria. En zij, die alles wat het kindeke betrof in haar hart bewaarde en overlegde, hief het omhoog zoodat het licht op zijn gelaat viel en zeide: Dat is mijn zoon. En zij vielen op de knieen en aanbaden hem. Zij zagen dat het kind volkomen gelijk was aan andere kinderen. Geen stralenkrans of aardsche kroon sierde zijn hoofd. Zijn lippen openden zich niet om te spreken. Hoorde het hunne vreugdebetuigingen, hunne gebeden, het gaf geen teeken hoegenaamd, dat het die begreep; integendeel, het deed wat andere kinderen zouden gedaan hebben--het staarde met alle aandacht naar de vlam. Toen zij het kindeke hunne hulde gebracht hadden, stonden zij op, gingen naar buiten naar hunne kameelen, en brachten hunne geschenken: goud en wierook en myrrhe, die zij voor het kind nederlegden. Dit was dus de Verlosser, om wien te zien zij van zooverre gekomen waren. Zonder te twijfelen aanbaden zij hem. Waarom? Hun geloof berustte op de teekenen, gegeven door Hem, dien wij als Vader hebben leeren kennen, en zij behoorden tot dezulken voor wie zijne beloften zoo algenoegzaam zijn, dat naar niets anders gevraagd wordt. Er waren slechts weinigen, die het teeken gezien en de belofte vernomen hadden--de Moeder en Jozef, de herders en z
PREV.   NEXT  
|<   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59  
60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   >>   >|  



Top keywords:
hebben
 

spelonk

 

vreemdelingen

 

gebracht

 

gingen

 

omhoog

 
hooger
 

Verlosser

 

hadden

 

teeken


gekomen

 

aanbaden

 

kinderen

 

andere

 
Balthasar
 

kindeke

 

gezien

 

knieen

 

integendeel

 

begreep


aandacht
 

zouden

 

gedaan

 
staarde
 
vielen
 

openden

 

stralenkrans

 

lippen

 

aardsche

 

spreken


sierde

 

volkomen

 

gelijk

 

gebeden

 

Hoorde

 

vreugdebetuigingen

 

hoegenaamd

 
dezulken
 

beloften

 

algenoegzaam


behoorden

 

leeren

 
kennen
 
anders
 

Moeder

 

vernomen

 
herders
 

belofte

 
weinigen
 

gevraagd