FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152  
153   154   155   156   157   158   159   160   >>  
estaat uit verzen van enkel plastische schoonheid. Hij is innerlijk overtuigd van de ijdelheid van het geheele leven, maar zijn oogen vonden de uiterlijke schoonheid van de wereld en zijn daarmede vervuld. Dit genot hebbend, schijnt hij dan zijn droefgeestigheid te kunnen vergeten. Maar ik kan niet inzien, hoe men dat voortdurend knagende gevoel van de redeloosheid van het leven tot zwijgen kan brengen met de schoonheid, alsof die een narcotisch middel daartegen ware, alsof niet juist de schoonheid er voortdurend aan herinnert, dat zij een begoocheling is over een leegte. Ik kan het niet inzien, ik ben er misschien nog te jong voor.... De inhoud van mijn werk is dus zoeken en nog eens zoeken. Natuurlijk zijn mijn verzen ingegeven door bepaalde ondervindingen, maar ondervindingen zijn voor mij nooit impressionistische gegevens. Het gaat bij mij zoo, dat iets dat ik beleef plotseling aanleiding kan zijn om te schrijven, en een boel van dezelfde levenservaringen in mij los maakt. Men heeft allerlei ervaringen die nooit tot een gedicht doen komen, maar een bijzondere aandoening die veel sterker is--maar dat hoeft niet--treft je zoo, dat al die andere van vroeger in je hart worden losgemaakt ... en dan komt het vers ... als een lied, niet van dat eene ding, maar van al die dingen te zamen.... Ja, hoe kwam ik daar ook weer toe, wat was het begin van dien zin.... --U zocht naar de beteekenis van het menschelijk leven. Mag ik u vragen: bedoelde u daarmede de beteekenis van uw leven, de vraag, waarom bepaalde wederwaardigheden juist u getroffen hebben ... met heel in de verte een idee aan een voorzienigheid ... of de beteekenis van het menschelijk leven in het algemeen ... met de daaraan vastgeknoopte vraag naar een wereldbeginsel? --Dat hangt samen. De groote grondstof, die het onderwerp is van de poezie, is het menschelijk leven. Ik word dikwijls aangezien voor een aesteet, vooral vroeger was dat zoo, maar in de kunst is voor mij altijd de mensch die er achter zat het belangrijkste geweest. Ik stel hooge technische eischen, maar zoodra achter de kunst de mensch te voorschijn komt, die zich krachtig of persoonlijk uit ... het moet natuurlijk geen stumperen zijn ... dan kan de heele kunst me niet veel meer schelen, als hij mij maar beweegt. Nietzsche zegt: ik ben eerst Schopenhaueriaan geweest, maar toen ik de gebreken in het systeem ben gaan zien, heb ik toch mijn liefde behouden, want: de groote philosoof staat voor honde
PREV.   NEXT  
|<   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152  
153   154   155   156   157   158   159   160   >>  



Top keywords:
schoonheid
 

menschelijk

 
beteekenis
 
vroeger
 

groote

 

bepaalde

 

ondervindingen

 

zoeken

 

achter

 
mensch

geweest

 

inzien

 
verzen
 
voortdurend
 
daarmede
 

waarom

 
wederwaardigheden
 
getroffen
 

vragen

 

bedoelde


hebben

 

gebreken

 

algemeen

 

daaraan

 

systeem

 
voorzienigheid
 
krachtig
 

behouden

 

liefde

 

vastgeknoopte


philosoof
 
wereldbeginsel
 

voorschijn

 

zoodra

 
beweegt
 
altijd
 

schelen

 

belangrijkste

 

technische

 
eischen

stumperen

 

vooral

 

grondstof

 
onderwerp
 

persoonlijk

 
poezie
 

Nietzsche

 

aangezien

 

aesteet

 

dikwijls