sterker dan nu een luxe-ambacht--doormaakte,
ondervond het den weerslag van verre oorlogen of van groote finantieele
beroeringen in de machtige rijken rondom. En die wisselvalligheid moest
bij den eerzamen ambachtsman tegengaan het verstijven in bekrompen
zelfbehagen, zijn blik uitzenden over de wallen der stad, tot waar haar
gebied eindigde en een andere wereld begon: die van het katholicisme en
de absoluut-geregeerde staten ten zuiden en westen.
De stad was en bleef klein, ook naar den maatstaf dier dagen. In het
begin der XVIIIde eeuw telde zij nauwelijks 20.000 inwoners. En haar
kleinheid maakte het voortbestaan van instellingen en zeden mogelijk,
die, ware de bevolking snel toegenomen, door den stroom van het leven
zouden zijn weggespoeld.
Het doet vreemd aan, zich die bescheiden tweederangsch-provinciestad
voor te stellen, met de enkele dorpjes buiten haren wallen een
onafhankelijken staat vormend, de fiere, zelfbewuste vertegenwoordiger
van demokratie en protestantisme te midden van het katholieke
feudaal-absolutistisch Europa. Om haar heen gehoorzaamden de kleine
steden van Waadtland en Savoye aan edellieden, door de verre regeeringen
van Parijs of Turijn gezonden en mestten zich adel en papen van goed
en bloed der arme boeren. Het bewustzijn, een eiland der burgerlijke
vrijheid, een vooruitgeschoven post van het protestantisme te zijn,
werkte als een veer die de strijdbaarheid der stad gespannen hield.
Het stelsel van Kalvijn had wereldlijke en geestelijke overheid in de
meest innige verbinding gebracht. Wel waren in Geneve de funkties van
kerk en staat gescheiden, de regeering vormde geen eigenlijke
theokratie; maar de staat was zoo gedrenkt met den geest der kerk, de
kerk zoo vastgegroeid in het lichaam van den staat, dat beide machten
voor het bewustzijn der burgers in een ongedeelden glans verschenen,
evenals de liefde voor hun geloof en hun politieke vrijheid daarin tot
een gevoel waren samengegroeid.
Kalvijn had niet slechts de godsdienstige denkvormen, maar ook de
kerkelijke instellingen gevonden, die aan de behoeften der burgerij
in de XVIde eeuw beantwoordden. Hiertoe behoorde de invoering der
demokratie in de kerkelijke organisatie, en deze werkte door het nauw
verband tusschen kerk en staat, natuurlijk ook op den vorm der politieke
organisatie terug. De staat Geneve was, schijnbaar, demokratisch.
Schijnbaar: van een ware demokratie, een regeering door het volk, was
in de kleine republiek eve
|