pitaaltje hadden ze toevertrouwd aan een Haarlemsch notaris en
die had het zoek gemaakt.--Ze moesten nu weer vertalen, dat "ze
kikhalsden" schreef BETJE. Wel hielpen de oude vrienden haar: LOOSJES
en VOLLENHOVEN; ze kregen nieuwe in VAN HALL en VAN DER PALM; ze
raakten heel intiem met mevrouw OVERDORP--POST, ELISABETH-MARIA, maar
ze waren erg "eergierig" en men moest het, als VAN HALL, heel kiesch
aanleggen om hen te ondersteunen.
Ze werden ziekelijk: AAGJE leed aan jicht, BETJE aan kramp. De goeie
tijden waren voorbij--voor _Willem Leevend_ hadden ze _6000 gld_.
honorarium ontvangen; _Cornelia Wildschut_ bracht minder op.
De beteekenis dier vrouwen voor onze algemeene volksontwikkeling en
ook voor onze letterkunde overschat men niet licht. Het is gemakkelijk
aanmerkingen op de samenstelling van _Sara Burgerhart_ te maken; men
moge den snoodaard _R_. wat al te tooneelsnood vinden; men brenge
bedenkingen in tegen den _briefvorm_, toen in de mode, door RICHARDSON
--en nog door mevrouw BOSBOOM--TOUSSAINT gebezigd in _Majoor Frans_
--maar onsterfelijk blijven _Saartje_, _Blankaart_ en de andere reeds
aangeduiden--en nooit kan verdwijnen de geest van gezond menschenleven
dien haar werken ademen.
Zij rusten in vrede op het kerkhof "Ter Navolging", bij Scheveningen.
* * * * *
SARA BURGERHART is niet alleen als roman bedoeld, 't is een _tendenz-
werk_--theologisch, paedagogisch, politiek zelfs en _apologisch_.
Daardoor is 't voor leerlingen inzonderheid te lang en te langdradig.
Eerst wanneer men er toe komt de 18de eeuw te bestudeeren, _ons_ leven
onder den invloed van den vreemde, dan wordt het _heele_ boek hoogst
belangwekkend. Misschien komen er velen toe het dan in zijn geheel te
herlezen. In deze uitgave wilden we behouden, behalve wat vanzelf bleef,
den _roman_ en _het karakteristiek Hollandsche_. Het zou ons bijzonder
aangenaam zijn als we daarin waren geslaagd.
Voornaamste Werken.
Van BETJE alleen:
Bespiegelingen over den staat der Rechtheid,
den val en den gevallen mensch,(1765).
Walcheren in 4 zangen, (1769).
Onveranderlijke Santhortsche Geloofsbelijdenis,
en De Menuet en de Domineespruik, (1774).
_Die Menuet werd zelfs door hel volk gezongen als
een kermisliedje_.
Mengelpoezie. (1785).
Van AAGJE en BETJE samen:
Historie van juffr. Sara Burgerhart, (1782).
Historie van den heer Willem Leevend, (1784).
Brieven van Ab
|