FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74  
75   76   77   78   79   80   81   82   83   >>  
zegt gewoonlijk onder de soldaten, dat een voetganger voor eenen ruiter niet hoeft te vreezen. Voor oude en geoefende soldaten moge dit eene waarheid zijn; voor ons, die als vrijwilligers onzen tijd bij de boeren hadden gesleten, was het er echter geheel anders mede gesteld. Het gezicht van die groote mannen, op groote paarden gezeten en met bliksemende zwaarden in de hand, boezemde ons zoo niet vrees dan toch angst in. Wij stonden bij paren, verre van elkander, en konden onze officiers niet zien. Zoo verlaten of afgezonderd moesten wij den aanval afwachten der ruiterij, die in groote menigte den berg afdaalde! Eens in de vlakte geraakt zijnde, verdeelden de dragonders zich insgelijks in eene lange reeks; en, als hadde elk eenen scherpschutter tot slachtoffer uitgekozen, reden zij bij paren met slingerende zwaarden op ons los. Ik begreep, dat mijn laatste uur gekomen was; ik voelde mij verbleeken, mijn ingewand sidderde; en van dan af hield ik mijnen blik met zooveel vastheid op de twee vijanden gericht, die ons schenen uitgekozen te hebben, dat mijn makker van mijne zijde verdween, zonder dat ik het bemerkte. Minder dan een boogschot waren de dragonders van mij verwijderd, toen ik mijn geweer op hen afschoot zonder er een' te raken; ik meende nog te laden, doch ik liet de kardoes uit mijne hand vallen; want ik had nauwelijks den tijd om de bajonet tot verdediging te vellen. Een der twee dragonders sprong ter zijde door de haver, waarschijnlijk om mijnen kameraad aan te vallen. Mij dacht, ik hoorde zijnen laatsten doodskreet mij in de ooren galmen! Ik hield de bajonet vooruit, welbesloten om, indien het mogelijk ware, mij hardnekkiglijk te verdedigen. De overtuiging, dat ik sterven ging, ontrukte mij eenen zucht der treurnis, eenen afscheidsgroet aan het leven. Het zwaard des dragonders bliksemde mij in de oogen; hij riep, dat ik mij overgeven zou; doch ik bleef met den verslindenden blik van den doodsangst sprakeloos de plaats zoeken, waar ik hem of zijn paard zou kunnen wonden. Het moet zijn, dat het paard verschrikt of onbedwingbaar was; misschien dat de dragonder zelf mijn wapen ontweek, om mij van ter zijde onder bereik van zijn zwaard te krijgen; want, ofschoon dit alles ongeloofelijk snel geschiedde, zwenkte mijn vijand twee- of driemaal rondom mij, tot zooverre dat het mij gelukte, zijn paard eene wonde aan den schouder toe te brengen. Wat er verder tusschen hem en mij gebeurde, weet ik niet. T
PREV.   NEXT  
|<   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74  
75   76   77   78   79   80   81   82   83   >>  



Top keywords:

dragonders

 

groote

 

zwaard

 

uitgekozen

 

zwaarden

 
vallen
 

zonder

 

bajonet

 

mijnen

 

soldaten


mogelijk
 

hardnekkiglijk

 

indien

 

welbesloten

 

galmen

 

vooruit

 

verdedigen

 
ontrukte
 

treurnis

 

sterven


overtuiging

 

afscheidsgroet

 

laatsten

 

ruiter

 

verdediging

 

vellen

 
nauwelijks
 
vreezen
 

sprong

 
hoorde

zijnen

 

bliksemde

 

voetganger

 
waarschijnlijk
 

kameraad

 

doodskreet

 

zwenkte

 

vijand

 
driemaal
 

rondom


geschiedde

 

krijgen

 

ofschoon

 

ongeloofelijk

 

zooverre

 

gelukte

 
tusschen
 
gebeurde
 

verder

 

schouder