in de bronnen
van dien tijd vermeld, verrijst zulk een beeld van heftig bewogen
levens. Lees bijvoorbeeld de bijzonderheden, die Pierre Champion
verzameld heeft over allen, die door Villon in zijn Testament zijn
bedacht of genoemd [63], of de aanteekeningen van Tuetey op het dagboek
van den burger van Parijs. Het zijn processen, misdrijven, twisten en
vervolgingen zonder eind, die ons treffen. En dit zijn de levens van
willekeurige lieden, uit rechterlijke, kerkelijke of andere bescheiden
opgediept. Kronieken als die van Jacques du Clercq, een verzameling van
euveldaden, kunnen een te zwart beeld van den tijd geven; zelfs de
lettres de remission, die het dagelijksch leven in zoo levendige
nauwkeurigheid voor oogen brengen, kunnen uithoofde van hun crimineel
onderwerp te uitsluitend de booze zijden van het leven belichten. Doch
elke proef, genomen uit willekeurig materiaal, bevestigt de donkerste
voorstellingen.
Het is een booze wereld. Het vuur van haat en geweld brandt hoog, het
onrecht is machtig, de duivel dekt met zijn zwarte vlerken een duistere
aarde. En spoedig wacht der menschheid het eind van alle dingen. Maar de
menschheid bekeert zich niet; de kerk strijdt, predikers en dichters
klagen en vermanen vergeefs.
[1] Oeuvres de Georges Chastellain, ed. Kervyn de Lettenhove, 8 vol.,
Bruxelles 1863-'66, III p. 44.
[2] Chastellain, II p. 267; Memoires d'Olivier de la Marche, ed. Beaune
et d'Arbaumont, (Soc. de l'hist. de France), 1883-'88, 4 vol., II p. 248.
[3] Journal d'un bourgeois de Paris, ed. A. Tuetey, (Publ. de la Soc. de
l'histoire de Paris, Doc. no. III) 1881, p. 5, 56.
[4] Journal d'un bourgeois, p. 20-24. Vgl. Journal de Jean de Roye, dite
Chronique scandaleuse, ed. B. de Mandrot (Soc. de l'hist. de France)
1894-'96, 2 vol., I p. 330.
[5] Chastellain, III p. 461, vgl. V p. 403.
[6] Jean Juvenal des Ursins, 1412, ed. Michaud et Poujoulat, Nouvelle
collect. des memoires, II p. 474.
[7] Journal d'un bourgeois, p. 6; 70; Jean Molinet, Chronique, ed.
Buchon, Coll. de chron. nat., 1827/28, 5 vol, II p. 23; Lettres de Louis
XI, ed. Vaesen, Charavay, de Mandrot, (Soc. de l'hist. de France)
1883-1909, 11 vol., 20 Apr. 1477, VI p. 158; Chronique scandaleuse, II
p. 47, id. Interpolations, II p. 364.
[8] Journal d'un bourgeois, p. 234/7.
[9] Chron. scand., II p. 70, 72.
[10] Vita auct. Petro Ranzano O.P. (1455), Acta sanctorum Apr. t. 1
p. 494 sq.
[11] Enguerrand de Monstrelet, Chroni
|