het roepen van een die zijn krachten
bijeenhoudt voor den komenden wedloop met het leven;--en ervaren,
doorstreden, gaat hij zijn grooteren werkkring binnen.
Hij komt dan in die tweede periode van moderne Europeesche historie
welke ik, in tegenstelling tot de sociale, de politieke heb genoemd.
* * * * *
Meredith's talent ontwikkelde zich tot kunst van satire in grooten
stijl. Terwijl vragen van het hoogste staatkundig gewicht de partijen in
den staat bezig hielden, legde hij zijn hand heel zacht en heel rustig
tegen een van de steunpilaren der Engelschen maatschappij, en hij voelde
het ding wankel, hij toonde het van binnen hol.
De zuil en stut van de Engelsche samenleving was de vermogende
landedelman, wel opgevoed en wel doorvoed, toongever van fatsoen en
ideaal van mannelijkheid. Meredith nam hem van zijn voetstuk af in zijn
breed opgezetten roman _The Egoist_[26], dien hij een comedie noemt. Het
leven strijkt daar binnen en toetst den heros en afgod, niet aan eenigen
maatstaf van politiek of economisch gewicht, maar zuiver naar zijn
gehalte aan menschheid. Het schepte leegte om hem heen, waar eerst de
volheid van het bestaan hem wijd en zijd omgaf, en 't lijkt wel alsof
het van alle kanten de dwergen en geesten verzamelt, om naar het rijk
der leugen die leugen der zelfzucht weg te voeren, die zich voor een
beginsel van levensbehoud uitgaf.
Maar dan verheft zich toch de satire; zij is gelijk aan een straal van
den morgenstond, vallend te midden van een gekunstelde wereld, en zij
toont in haar eigen innig licht de waarheid en de vrijheid van het
leven.
Comedie van den nacht en zijn spoken, en uit de schoot van den nacht
breekt los de eerste dageraad!
* * * * *
Als de tijd voortging en een nieuwe zedelijke orde werd voorgevoeld, nam
de macht en het vermogen van den kunstenaar toe, zijn schildering werd
breeder en menschelijker. Want het was hem waarlijk niet te doen om een
van de bijzondere vraagstukken die de aandacht van de wereld op 't
oogenblik troffen. Neen, hij lette alleen op den mensch in de eeuwige
verhoudingen van het natuurlijk leven.
Hij zag hem wel bezig met zijn zaken en zijn eerzucht, begeerig naar
genot, naar geld, naar macht; maar in den grond kende hij hem alleen
in zijn zuiver menschelijke betrekkingen. Man en vrouw kende hij den
mensch, en hij schiep vrijheid om de vrouw, en hij wilde eerbied
scheppen in den man voor
|