Haar naam was Manon Phlipon:
als Mme Roland kent haar de geschiedenis. Er woonde een jongeling in
Arles, een kleine stad in het zuiden van Frankrijk; schuw en links was
hij, maar met een wil uit staal gegoten; hij dacht dat het tijd werd
voor den kleinen burger, den deugzamen en gerechten, om een einde te
maken aan den gruwel der tyrannie en den overmoed der heeren; tijd voor
hem om den Staat in handen te nemen: zoo had het "Contrat Social" hem
geleerd.--En alle deze spraken den naam "Jean Jacques" uit met dankbare
liefde en geestdriftige vereering: hij had hun de diepste aspiraties,
de zoetste verlangens hunner eigen harten geopenbaard: de onstuimige
klasse-verlangens, gistend en woelend in hun trillende lijven. Hij had
hun geopenbaard hun eigen machtigen wil; hij had het tooverwoord
gesproken dat hun gemeenschappelijke begeerten, schoonheid-omgloried,
deed herrijzen als maatschappelijk ideaal.
Zijn droombeelden maakten hun willen stouter, hun overtuiging vaster,
vervulden hun harten met heerlijken gloed en oneindige begeerte zich te
geven, zichzelven te wagen, ten offer te brengen, te leven, te strijden,
smart te lijden, te sterven--daarvoor, daarvoor. Klaarheid en kracht
dronken zij uit zijn werken; als uit een bron dronken zij revolutionnair
bewustzijn, revolutionnairen moed uit hem.--Welk een geluk, welk een
heerlijkheid voor den dichter en denker dit te bereiken! Hiervoor leeft
hij immers, dit is zijn levensdoel.
Helaas!--hij zag niet hoe de oogst zijner gedachten opkwam: hij zag
enkel zijn waan. Hij ontweek elke aanraking, hij meed de menschen; hij
dacht ze zich samengebald tegen hem tot een klomp van haat. En het
nieuwe geslacht dat opgroeide met zijn idealen in het hart en zijn naam
op de lippen, dacht hij zich vervuld jegens hem van monsterlijke
vooroordeelen.
O ik weet wel, ik weet wel, dat de groote voorgangers der menschheid
nooit zien hun droom zich verwezenlijken, juist zoo zich verwezenlijken
als zij hem hebben gedroomd, dit nooit kunnen zien, ook niet waar die
droom geheel of gedeeltelijk wetenschappelijk inzicht, dat is
helderziende intuitie van de werking van maatschappelijke en geestelijke
krachten is. Niet de middeneeuwsche strijders voor de stedelijke
demokratie zagen het, de Conincks en Arteveldes; en niet de groote
Hervormers, Luther en Calvijn, Milton en Cromwell; de groote utopisten
niet, More en Fourier en Owen; en niet de vaders der moderne
arbeidersbeweging, Marx en Engels en Lassalle
|