FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114  
115   116   >>  
renden. Zij kon het eindelijk niet langer uitstaan en ging met Meleken weer binnen. Daar stak zij 't lampje aan en wachtte, doelloos, zonder de blinden te sluiten. Zij zei enkel aan Meleken dat zij water en linnen doeken zou klaar maken en dacht toen plotseling aan haar kinderen, die rumoerig in en uit het huis liepen en van al die ongewone drukte niets begrepen. Zij riep ze voor goed binnen en bracht ze naar bed. Dat gaf haar afleiding. Zij was er een geheele poos mee bezig; en toen ze reeds rustig onder hun dekentjes lagen, bleef ze nog bij hen in 't kamertje vertoeven alsof ze niets anders te doen had, tot plotseling Meleken de deur opende en met heesche stem fluisterde: "Bezinne, ze zijn d'r doar mee." Zij kwam uit 't kinderkamertje en door de raampjes van de keuken zag zij, in den grauwen mistavond, een donkere stoet den boomgaard opkomen: Twee mannen met een berrie, waarop iets lag uitgestrekt; en daar omheen een dichte, stille, zwarte menigte, dof-trappelend en stommelend als een kudde. Een man met een brandende lantaren stapte ietwat terzijde vooraan. De voordeur was open en zij kwamen binnen. Als in een droom hoorde Rozeke het schuren van de voeten en het dof gefluister van de menigte.--Als in een droom kwam zij genaderd.--De mannen zetten de berrie neer; en bij het gele schijnsel der lantaren zag ze hem daar machteloos onder een deken op een matras uitgestrekt liggen: het hoofd akelig gezwollen, geschonden, bemodderd en bebloed, de oogen toe, de ademhaling zwak en reutelend. Zij zeide niets, zij staarde, ijskoud, met droge oogen. Achter de berrie drong de menigte in 't deurgat op. Zij zag de vele, nieuwsgierig-reikhalzende hoofden met de open monden en de groote, donkere, gretig-kijkende oogen. "Woar moet hij zijn, bezinne?" vroeg fluisterend een der dragers. "Doar, op de voute," antwoordde zij dof. De menigte werd plotseling uit elkaar gedrongen en een heer schreed ruw en haastig, met ernstig gefronste wenkbrauwen naar binnen. Het was de dokter, die onderweg van 't ongeluk gehoord had. Hij vroeg dadelijk om water, pluksel, en linnen voor verbanden. Hij liet de deur tegen de opdringende foule sluiten en volgde de mannen met de berrie op de voute-kamer. Rozeke volgde hem.--Haar beenen waren slap; haar handen koud en klam als ijs. Doch haar hart sloeg kalm en gelijkmatig en zij voelde geen emotie. Alleen haar oogen keken steeds star en vreemd en 't ruischte in haar ooren, benauwend en verdoov
PREV.   NEXT  
|<   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114  
115   116   >>  



Top keywords:
menigte
 

berrie

 

binnen

 

mannen

 

plotseling

 

Meleken

 

Rozeke

 

donkere

 

uitgestrekt

 
lantaren

sluiten

 

linnen

 

volgde

 

gelijkmatig

 

voelde

 

reutelend

 

ademhaling

 
ijskoud
 
deurgat
 
Achter

staarde

 

bemodderd

 

ruischte

 

vreemd

 

machteloos

 

benauwend

 

schijnsel

 

verdoov

 
steeds
 

gezwollen


geschonden
 
emotie
 

nieuwsgierig

 
akelig
 
matras
 
liggen
 

Alleen

 

bebloed

 
monden
 
dokter

beenen
 

onderweg

 

wenkbrauwen

 
gefronste
 
haastig
 

zetten

 

ernstig

 

ongeluk

 

opdringende

 

verbanden