.
Later vestigden zich de meesten te Maria-Hoorebeke. De tempel, "waer zij
hunnen godsdienst uitoefenden, lag op het gehucht Grysbeke."
Ste-Maria-Hoorebeke is inderdaad, te midden van het katholieke
Vlaanderen, eene protestantsche gemeente gebleven. Het handschrift,
waaraan wij deze bijzonderheden ontleenen, voegt er bij, dat "die
gereformeerden zich zeer gerustelijck houden."
Elzegem, tusschen de Schelde en de grens van West-Vlaanderen gelegen,
heeft een fraai kasteel.
Te Elzegem stichtte Bernaard van Bracle, in 1416, eene priorij. Langen
tijd hielden de kloosterlingen zich bezig met het schrijven en binden
van boeken. Wij weten althans, dat het bestuur van Sint-Martenskerk, te
Kortrijk, in 1462 aldaar "twee vulle zouters met vigelien" bestelde,
alsmede "eenen hantifenere." Ten jare 1466 maakte men van dit laatste
boek een nieuw afschrift.
Etikhove, met 2,500 inwoners, ligt oostwaarts, op de Markebeek. Daar
vond men in 1869 eene zekere hoeveelheid gouden geldstukken,
dagteekenende van 1469 tot 1598, met de beeltenissen van Ferdinand V,
Karel V, Frans I, Sebastiaan I en Philip II. De schat, eene waarde
hebbende van ongeveer 500 fr., werd opgedolven in eene weide van L.
Blommaert, op het gehucht Grootendriesch.
XV.
Naar Gaver.
Benoorden Oudenaarde kronkelt de Schelde voorbij Eename, Eine en Heurne;
dan richt zij zich oostwaarts naar Welden, Hermelgem, Meilegem en
Dikkelvenne, en vloeit vervolgens weer het Noorden in, wijkende voor den
heuvel van Gaver.
Eine is eene schoone, nijverige gemeente, met ongeveer 3,000 inwoners.
Men vindt er sedert eenige jaren eene spinnerij en eene weverij, die
ieder tweehonderd werklieden bezig houden.
Boven de deur eener herberg leest men deze eigenaardige rijmen:
Komt in den Belg
En neemt een zwelg,
Want 't beste nat
Is nog in 't vat.
De dorpskerk bestaat uit oude en nieuwere deelen. Groote herstellingen
werden gedaan in 1601 en 1623.
Als eene plaatselijke eigenaardigheid noemen wij "den koddigen fittel,"
op den laatsten dag der jaarlijksche kermis. Alle gebeurtenissen, die
gedurende de verloopen maanden de aandacht des volks boeiden, worden
door de jonge lieden zinnebeeldig voorgesteld. Met het vallen van den
avond trekt de stoet zingend en spelend door de voornaamste straten der
gemeente, hier en daar stilhoudende om de toegestroomde menigte door
allerlei bokkesprongen te verlustigen.
Vrienden, wij zijn al verblijd,
Nu m
|