kerken onderling?
Veel hangt uiteraard af van de vraag welke criteria gebruikt worden. Men zou in
de diverse Herderlijke brieven kunnen nagaan, in hoeverre de kerken die deze
brieven uitvaardigden reeds de z.g. substitutie-theologie ("de kerk is in de
plaats van het Joodse volk als verbondsvolk gekomen") hadden afgezworen; naar
ik vermoed, zou de Hervormde Kerk er dan het beste uit komen. Of men zou kunnen
nagaan: door de leden van welke kerk zijn de meeste Joden geholpen om onder
te duiken? Naar het oordeel van L. de Jong hebben de Gereformeerden op dit gebied
het er - relatief - het beste afgebracht: "Er is, gelijk reeds gezegd, door
communisten en socialisten veel hulp geboden, daarnaast (maar, naar onze indruk:
in een iets later stadium) door Gereformeerden. (...) Wat de Gereformeerden aangaat,
verdient het de aandacht dat zij die toch niet meer dan 8% van de bevolking
vormden, uiteindelijk ongeveer een kwart van de Joodse onderduikers geherbergd
hebben." [10.1]
We achten het een belangrijke vraag, die bovendien aan de hand van de hier
besproken documenten beantwoord kan worden: In hoeverre heeft een bepaalde kerk
publiekelijk, d.w.z. door middel van voorlezing van een protest in de kerkdiensten,
stelling genomen tegen de Duitse gruweldaden jegens de Joden?
Protesten die niet werden voorgelezen, hadden weinig of geen zin: de Duitse
instanties konden ze zonder meer aan de kant leggen. Maar de openbare afkondiging,
in een tijd waarin krant en radio alleen bekend maakten wat de bezettende macht
goedgekeurd had, was een geducht wapen.
Welnu, welke van de drie grootste kerken in Nederland heeft het er op dit punt
het best (of: het minst slecht) van afgebracht? We laten daarbij dus de andere
- aanzienlijk kleinere - kerken buiten beschouwing, ondanks alle erkenning van
het belang van iemand als ds. J.J. Buskes, de afgevaardigde van de Gereformeerde
Kerken in Hersteld Verband; of van iemand als de Remonstrantse ds. F. Kleijn.
Een protest afgekondigd in een van deze kerken bereikte immers maar betrekkelijk
weinig kerkgangers.
<136>
In hfdst. 1 bleek, dat voor 1940 zowel de RK bisschoppen alsook de Gereformeerde
synode een duidelijk standpunt hebben ingenomen tegen het lidmaatschap van de NSB.
Vervolgens zagen we (2), hoe bij het eerste protest tegen het antisemitisme van
de bezetter de Gereformeerde vertegenwoordiger in het Convent, prof. H.H. Kuyper,
het liet afweten. Tengevolge van zijn houding werd dit protest in de
|