FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   >>  
e ezelinnen kwamen den volgenden, kwamen nog menigen avond terug; maar eer de winter inviel, hadden de plagerijen tusschen den drijver en het dienstmeisje uit,--want de gordijnen der zijkamer waren opgehaald, de luiken gesloten. Pieter en Louise beweenden hun eenig kind. Verg mij niet, dat ik schetse, hoe het paar me bij het rouwbeklag ontving--Louise, die luttel maanden het leven des harten had gekend, scheen versteend; slechts van tijd tot tijd gaf zij teeken van bewustzijn--door op te zien! En Pieter? Het geviel dit voorjaar, dat hij mij van eene reize naar Zwitserland sprak; de toestand zijner gade, verzekerde hij mij, eischte die. "Ook ik zelf, jongen," zeide hij, "ben niet gelukkig--de hemel heeft mij gestraft in mijn kind!" Ik zou hier uitweiden in alles, wat zich tot zulk een' verslagene zeggen laat,--hoe het mij heugde uit den mond eener waardige oude vrouw te hebben gehoord: "Toen ik mijn' man nam, had ik hem niet lief, maar dat kwam later door zijn gedrag,"--met andere woorden, dat Pieter de liefde van Louise, welke hij had leeren achten, die hij thans schier beminde, nog verdienen kon;--ik zou er bijvoegen, dat het voor niemand te laat is zijn levensgeluk te zoeken en te vinden in de betrachting van zijnen pligt; dat ieder, die wil, een degelijk mensch kan worden, degelijk als de vaderen het waren in onzen roemrijksten tijd,--ik zou dit alles doen, als mij plotseling geene vreeze bekroop, welke mij letterlijk doet aarzelen voort te gaan. Welke? Dat gij mij een' onheusch vriend zult noemen, die vroegere innige betrekking,--later aangehouden kennis,--eindelijk weder toegehaalde banden prijs geeft, die.... Vaar niet voort met uwe beschuldiging, bid ik. Ge zoudt gelijk hebben, ware het zoo. Doch als ik u gul uit bekenne, dat ezelinnen, Pieter, Louise, het kind, nergens zoo bestonden als ik die schetste, dat ik zelfs geene overburen heb: o, beweer dan toch op uw beurt niet, dat de gebreken in onzen maatschappelijken en huiselijken toestand door mij gegispt, dat de verspreide trekken, welke ik zocht te vereenigen, dat deze niets anders zijn dan _boosheden in de lucht_, waarvan niemand te onzent hinder heeft! 1842. * * * * * HANNA (EEN STUDIE-BEELD UIT HET VOLKSLEVEN) Het was zaterdagavond voor Kersttijd, en in eene kleine woning op Katten-, Oosten- of Wittenburg, te Amsterdam, lag, in een spaarzaam verlicht slaapvertrek; het woord Gods opgeslagen
PREV.   NEXT  
|<   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   >>  



Top keywords:
Pieter
 

Louise

 

hebben

 

niemand

 

degelijk

 

ezelinnen

 

toestand

 

kwamen

 

toegehaalde

 
beschuldiging

banden

 

vreeze

 

plotseling

 

bekroop

 

letterlijk

 

roemrijksten

 

mensch

 
worden
 
vaderen
 
aarzelen

innige

 

vroegere

 

betrekking

 

aangehouden

 

kennis

 

noemen

 

gelijk

 

onheusch

 
vriend
 

eindelijk


beweer
 
VOLKSLEVEN
 

Kersttijd

 
zaterdagavond
 
STUDIE
 
hinder
 

onzent

 

kleine

 
woning
 
slaapvertrek

verlicht
 

opgeslagen

 

spaarzaam

 
Oosten
 
Katten
 

Wittenburg

 

Amsterdam

 

waarvan

 

overburen

 

schetste