wsgierigheid, waar
dit alles op zoude uitdraaien. Eindelijk zette hij het glas neder,
haalde van onder zijn dek een papier voor den dag, hetwelk hij tusschen
de vingers frommelde en, Van Lintz aanziende, begon hij in dezer voege:
"Gij hebt mijn vader vroeger gekend, Mijnheer?"
Van Lintz beantwoordde deze vraag met een koele buiging.
"Gij hebt waarschijnlijk vernomen, hoe zijn uiteinde is geweest,"
vervolgde Lodewijk: "maar wat gij noch iemand weet, hetgeen ik zelf
eerst op dit oogenblik vernomen heb, is het zielelijden, waarmede hij
zoovele jaren geworsteld heeft, en dat hem thans het leven gekost heeft.
Het is echter nuttig, dat gij drieen hiermede bekend zijt, opdat gij ten
minste bij anderen, die geneigd mochten zijn, over hem een onbarmhartig
vonnis te vellen, de getuigenis zoudt kunnen afleggen, dat hij meer te
beklagen dan te veroordeelen was. Lees dezen brief overluid, Huyck!--en
gij zult beseffen, welke uitwerking hij op mij maken moest."
Ik nam het papier van hem aan en las. Het was de brief, dien Reynhove
had medegebracht, en de inhoud luidde als volgt:
"Wanneer gij dezen brief ontvangt, mijn zoon! zal uw vader voor den
rechterstoel des Allerhoogsten verschenen zijn:--en, zoo de wroeging van
een sedert vijftien jaren gefolterd geweten mij dringt, dit leren te
verlaten, gij, ongelukkige! gij, die alleen in staat zoudt geweest zijn,
mij de rust terug te geven, en mij met het leven te verzoenen, gij
verhaast den stap, die mij de eeuwigheid invoert.
"O! dat ik vroeger gesproken had! Wellicht zoudt gij aan mijn raad, aan
mijn wensch hebben gehoor gegeven en het hart pogen te winnen van haar,
die ik voor u bestemde. Een huwelijk tusschen u en uwe nicht had alles
vereffend!--maar wat zeg ik?--Het heeft zoo moeten zijn. Gij waart een
zoo beminnelijke, zoo deugdzame gade niet waardig; en ik was bestemd, de
straf voor mijn misdrijf te ontvangen en de schande, die mij wacht, in
het graf te ontvlieden.
"Dan, de tijd is te kort:--en ik moet mij haasten, de laatste
levenskrachten, die mij nog overblijven, te besteden. Luister
dan:--beklaag mij: vloek mij niet: en laat mijn voorbeeld u tot leering
strekken.
"Gij zult wel gehoord hebben, dat mijn broeder en ik, in vroegere jaren,
veel moeite hadden om behoorlijk rond te komen, en dienvolgens onze
fortuin buitenslands gingen beproeven. Men heeft er u bij verteld, dat
ik gelukkig slaagde, terwijl het hem tegenliep. Hoor thans voor 't eerst
de zuivere waarheid:
|