n om zijn kleeren in te
pakken, terwijl hij zelf, koortsachtig opgewonden, zijn jachtgeweer
van den wand afhaakte en zijn tasch met patronen voorzag.
* * * * *
Den volgenden ochtend waren de dagbladen, van 't begin tot het eind,
met de verhalen van den schrikkelijker veldslag gevuld.
Reeds voor het ontbijt begon meneer Fruytier hardop te lezen. Vrouw
en dochter, die den ganschen nacht niet geslapen hadden, zaten op
hun stoel te beven. Dat duurde uren in steeds stijgende, spannende
aandacht. Meneer Fruytier nam nu en dan een haastige hap van zijn
brood en een slok van zijn koffie, die ijskoud werd. Anais, de
dochter gaf wel af en toe blijken van vermoeidheid en staarde naar
de deur alsof zij op wou staan, maar telkens zond de moeder haar,
met strenggefronste wenkbrauwen, een gebiedenden blik, om haar te
doen blijven. 't Was immers tijd gewonnen. Terwijl hij las kon hij
geen toebereidselen tot vertrek maken.
Eindelijk las meneer Fruytier, toen de heele courant bijna uit was,
het volgende sensationeel bericht:
"Duizenden en duizenden soldaten van het
"Fransche leger komen onophoudelijk over de
"Belgische grens gevlucht. Velen zijn gewond
"en allen verkeeren in een allerdroevigsten
"toestand van uitputting en ellende. Zij worden
"onmiddellijk ontwapend en zoo spoedig mogelijk,
"per spoorweg, naar verschillende plaatsen
"van het land gedirigeerd. Gisteren avond
"vertrokken drie stampvolle treinen naar Luik,
"twee naar Namen, twee naar Brussel en twee
"naar Antwerpen. Morgen ochtend vroeg worden
"er ook twee naar Gent gestuurd, waar
"zij vermoedelijk tusschen vier en vijf in den
"namiddag zullen aankomen."
Mevrouw Fruytier kreeg plotseling een inval:
--O, man, loat ons doar te goare goan noar kijken!" riep zij.
Meneer Fruytier legde zijn krant neer en staarde zijn vrouw
strak-roerloos al over zijn brilglazen aan.
--En mijn reize noar Sedan?" zei hij.
--Wa goa-je ginter zien? Niets mier! Natuurlijk alles afgezet deur
troepen! Morgen, te Gent, zilt-e veel mier zien!" verzekerde mevrouw
Fruytier.
Hij aarzelde even. Zij voelde hem aarzelen.
--Loat ons al te goare goan, mee ou vrienden d'r bij. Die zillen da
euk wille zien," drong zij aan.
"'K goa 't ulder vroagen!" riep meneer Fruytier, eensklaps
opgewonden overeind staande.
* * * * *
't Was als een kermisdag in Gent...
Met duizenden en duizenden waren de nieuwsgierigen gekomen
|