FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   410   411   412   413   414   415   416   417   418   419   420   421   422   423   424   425   426   427   428   429   430   431   432   433   434  
>>  
zeg, dat gij toestemt mij tot echtgenoot te aanvaarden." Een doffe schreeuw van afgrijzen ontsprong uit Dakerlia's benauwde borst, en zij deinsde wankelend naar de tafel, waar zij met de hand eenen steun zocht. "Ik eisch niet", ging Disdir voort, "dat dit huwelijk in de eerste maand voltrokken worde. Ik wil u den tijd gunnen om u aan de gedachte van dit nieuw lot te gewennen. Beloof mij slechts op dit oogenblik, dat gij aan uwe liefde voor mher Sneloghe verzaakt en laat mij de hoop dat ik u ten altaar zal mogen leiden, zoohaast de herinnering aan uwe tegenwoordige beproevingen genoeg zal verzwakt zijn, om in uw hart plaats voor een ander gevoel te maken. Gij ziet het, ik ben toegevend tot het uiterste; maar langer kan ik in dezen kerker niet blijven. Neem een besluit: van dit opperst ja of neen hangt het leven van Robrecht af. Zult gij mijne vrouw worden of niet?" Dakerlia staarde hem aan met eenen zuren spotlach en met oogen die eensklaps van heldhaftige trotschheid blonken. "Gij antwoordt niet?" vroeg bij. "Gij veroordeelt dus Robrecht tot den schandelijksten marteldood?" "Uwe vrouw?" antwoordde de maagd. "Ik, Dakerlia Wulf, ik, eene Kerlinne, uwe vrouw? Nooit, nooit! Doe ons allen sterven. God zal mij daarboven met Robrecht, mijnen bruidegom, voor eeuwig vereenigen. Ha, gij meent mij vatbaar voor vrees? Neen, neen, onze onplooibare standvastigheid tot op het kapblok zal onze vijanden nog verbazen en de verraders van Kerlingaland beschamen!" "Gij bedriegt u in uwe zinnelooze hoop, jonkvrouw", schertste Disdir, wiens hart met woede en spijt was vervuld. "Men heeft mij reeds uwe genade toegestaan; noch gij noch de andere gevangene Kerlinnen zult sterven. Gij moet leven, leven om mijne vrouw te worden!" "Nooit, nooit!" "Gij blijft in mijne macht; worstel zooveel gij wilt tegen een onvermijdelijk noodlot, gij zult het onderstaan, met goeden wil of tegen dank, ik heb het gezworen en ik herhaal u dien eed. Vaarwel, Dakerlia; het bloed van mher Sneloghe valle terug op haar die weigert hem door een enkel goed woord te redden. Ziet gij mij hier terug, het zal zijn om u den dood van Robrecht aan te kondigen." Hij stapte uit den kerker, en zelfs toen de deur was gesloten, hoorde hij nog het woord "nooit! nooit!" hem achternaklinken. Eene uitdrukking van haat en gramschap deed zijne scherpe lippen beven en, terwijl hij over het plein van den burg stapte, mompelde hij sombere bedreigingen tegen Robrecht en z
PREV.   NEXT  
|<   410   411   412   413   414   415   416   417   418   419   420   421   422   423   424   425   426   427   428   429   430   431   432   433   434  
>>  



Top keywords:

Robrecht

 

Dakerlia

 

worden

 

Sneloghe

 

kerker

 

sterven

 
Disdir
 
stapte
 

jonkvrouw

 

toegestaan


genade

 
eeuwig
 

bruidegom

 

schertste

 
mijnen
 

Kerlinnen

 

gevangene

 
andere
 

vereenigen

 

vatbaar


verbazen

 

vijanden

 

verraders

 
bedriegt
 

Kerlingaland

 
kapblok
 

standvastigheid

 

vervuld

 

onplooibare

 

zinnelooze


beschamen

 

achternaklinken

 

uitdrukking

 

gramschap

 

hoorde

 

gesloten

 

kondigen

 

mompelde

 

sombere

 

bedreigingen


scherpe
 

lippen

 

terwijl

 

goeden

 

onderstaan

 

gezworen

 

noodlot

 

onvermijdelijk

 

worstel

 

zooveel