son,
Baudelaire, Maeterlinck, Dumas pere, Keats, Marlowe, Chatterton,
Coleridge, Anatole France, Gautier, Dante en de geheele
Dante-literatuur, Goethe en de Goethe-literatuur, enzoovoort. Ik zou
het als een bijzondere vriendelijkheid waardeeren als boeken mij
wachtten, en daar zijn misschien wel onder mijn vrienden enkele die
het op prijs stellen iets voor mij te doen. Ik ben werkelijk heel
dankbaar, al vrees ik dat het dikwijls lijkt van niet. Maar bedenk dat
ik naast het gevangenisleven nog onophoudelijke kwellingen heb gehad.
In antwoord op dezen moogt Gij mij een langen brief schrijven enkel
over tooneelstukken en boeken. Uw schrift, in Uw laatsten, was zoo
verfoeilijk slecht dat het leek of Gij een roman in drie deelen aan 't
schrijven waart over de vreeswekkende uitbreiding der communistische
denkbeelden onder den gegoeden stand, of U op eenige andere wijze
bezig hieldt met het verkwisten van een jeugd die altijd rijk aan
beloften is geweest en blijven zal. Als ik U grief door het aan zulk
een oorzaak toe te schrijven, stel het op rekening van de
overprikkeldheid eener lange gevangenis. Maar schrijf werkelijk
duidelijk. Anders lijkt het alsof Gij iets te verbergen hadt.
Daar staat heel wat afschuwelijks in dezen brief, geloof ik. Maar ik
moest mij over U beklagen bij Uzelf en niet bij anderen. Lees mijn
brief aan More voor. Harris komt mij aanstaanden Zaterdag bezoeken,
hoop ik. Groet Arthur Clifton van mij, en zijn vrouw die, vind ik, zoo
zeer lijkt op Rossetti's vrouw--hetzelfde prachtige haar--maar
natuurlijk een liever natuur is, hoewel Miss Siddal bekorend is en
haar gedicht prima.
Steeds de Uwe,
Oscar.
Noten:
[4] Egmont Hake, schrijver van _Free Trade_ in _Capital_ en
voorvechter van een nieuw systeem van bankwezen, waarover Wilde zich
zeer scheen te vermaken.
[5] Bedoeld is de bekende schrijver H. G. Wells.
[6] Een nieuw deel van het Journal des Goncourt, waarin ook Wilde
besproken werd, was hem toegezonden in de gevangenis.
TWEE BRIEVEN, OVER HET LEVEN IN DE GEVANGENIS, AAN DE "DAILY
CHRONICLE."
I
HET ONTSLAG VAN DEN GEVANGENBEWAARDER MARTIN
D. C. van 28 Mei 1897.
WelEdelgeboren Heer,
Met groot leedwezen lees ik in Uw blad dat de gevangenbewaarder Martin
van de gevangenis te Reading ontslagen is door de Commissie van
Toezicht omdat hij aan een klein kind dat honger had, enkele koekjes
heeft gegeven. Op den Maandag voorafgaande aan mijn ontslag zag ik
zelf d
|