steld
wordt, een vermeerdering bedoelt van het aantal toezieners en
officieele bezoekers die toegang zullen hebben tot onze Engelsche
gevangenissen.
Zulk een hervorming is volkomen nutteloos. De reden is uiterst
eenvoudig. De toezieners en vrederechters die de gevangenis bezoeken,
komen daar met de bedoeling om na te gaan of de
gevangenisvoorschriften behoorlijk worden uitgevoerd. Zij komen voor
geen ander doel en hebben, zelfs als zij het zouden begeeren,
volstrekt geen macht om een enkele bepaling in de voorschriften te
wijzigen. Geen gevangene heeft ooit de minste verlichting, of
oplettendheid, of zorg van eenigen officieelen bezoeker ondervonden.
De bezoekers komen niet om de gevangenen te helpen, maar om na te gaan
of de voorschriften worden uitgevoerd. Het doel van hun komst is de
bevestiging te verzekeren van een dwaas en onmenschelijk wetsgeheel.
En daar zij toch iets te doen moeten hebben, besteden zij daar zeer
goede zorg aan. Een gevangene wien de geringste bevoorrechting is
toegestaan, vreest de komst der toezieners. En zoovaak er een
inspectie plaats heeft, zijn de beambten ruwer dan gewoonlijk voor de
gevangenen. Hun bedoeling is natuurlijk te toonen welk een
schitterende tucht zij handhaven.
De noodzakelijke hervormingen zijn zeer eenvoudig. Zij betreffen de
lichamelijke en de geestelijke behoeften van iederen ongelukkigen
gevangene afzonderlijk.
Wat de eerste aangaat, daar zijn in de Engelsche gevangenissen drie
bestendige straffen, door de wet bekrachtigd:
1 deg. honger,
2 deg. slapeloosheid,
3 deg. ziekte.
Het voedsel dat aan de gevangenen wordt verstrekt, is geheel en al
onvoldoende. Het grootste deel ervan is van weerzinwekkende
hoedanigheid. Het geheel is ontoereikend. Elke gevangene lijdt dag en
nacht aan honger. Een bepaalde hoeveelheid voedsel wordt zorgvuldig
bij onsen afgewogen voor iederen gevangene. Het is juist genoeg, om
niet bepaald het leven, maar het voortbestaan in stand te houden. Men
wordt voortdurend gefolterd door het knagen en de weeheid van den
honger.
Het gevolg van het voedsel--dat in de meeste gevallen bestaat uit
slappe gruttenpap, varkensreuzel en water--is ongesteldheid in den
vorm van onafgebroken buikloop. Deze ziekte die ten slotte bij de
meeste gevangenen een chronische kwaal wordt, is een erkende
instelling in iedere gevangenis. In de gevangenis te Wandsworth
bijvoorbeeld--waar ik twee maanden zat opgesloten tot ik naar het
hospitaal moest overge
|