en. De huidige behandeling
van kinderen is werkelijk een schimp voor menschelijkheid en gezond
verstand. Zij komt voort uit stompzinnigheid.
Laat mij nu nog Uw aandacht mogen vestigen op een ander vreeselijk
ding dat voorkomt in Engelsche gevangenissen of liever in de
gevangenissen over de geheele wereld, waar het stelsel van
stilzwijgendheid en cellulaire opsluiting wordt toegepast. Ik bedoel
het groot aantal menschen die krankzinnig of zwakhoofdig worden in de
gevangenis. In strafgevangenissen is dit natuurlijk heel gewoon, maar
in gewone gevangenissen, als waarin ik opgesloten zat, komt het
eveneens voor.
Ongeveer drie maanden geleden merkte ik onder de gevangenen die met
mij lichaamsbeweging namen, een jongman op, die mij onnoozel of onwijs
leek. Elke gevangenis natuurlijk heeft haar halfwijze patienten, die
telkens terugkomen en van wie men zeggen kan dat zij in de gevangenis
wonen. Maar het trof mij dat deze jonge man erger onwijs leek dan
gewoonlijk het geval is, als bleek uit zijn onnoozele grijns en zijn
idiote manier van in zichzelf te lachen en de in 't oog vallende
rusteloosheid van zijn eeuwig knijpwringende handen. Al de andere
gevangenen merkten de vreemdheid van zijn gedrag op. Van tijd tot tijd
verscheen hij niet op de oefening, waaruit ik begreep dat hij straf
had en in zijn cel moest blijven. Ten slotte merkte ik dat hij onder
voortdurend toezicht stond, en dag en nacht door bewaarders werd
bewaakt. Als hij wel op de oefening verscheen, leek hij steeds een
zenuwaanval te hebben, en liep geregeld te huilen en te lachen. In de
kerk moest hij zitten onder onmiddellijk toezicht van twee bewaarders,
die hem den geheelen tijd nauwlettend in 't oog hielden. Soms liet hij
telkens het hoofd zakken in zijn open handen, een overtreding van de
voorschriften in de kerk, en telkens werd zijn hoofd oogenblikkelijk
omhoog geduwd door een der bewaarders, zoodat hij gedwongen werd zijn
oogen onafgebroken gericht te houden op de avondmaalstafel. Een
anderen keer zat hij te huilen--zonder de minste stoornis te
veroorzaken--met de tranen stroomend langs zijn gezicht en een
zenuwachtig snikken in zijn keel. Dan weer grijnsde hij voor zichzelf
als een idioot en trok gezichten. Meer dan eens werd hij de kerk
uitgestuurd naar zijn cel, en natuurlijk kreeg hij voortdurend straf.
Daar de bank waar ik gewoonlijk zat in de kerk, vlak achter de bank
was, aan het eind waarvan deze ongelukkige zijn plaats had, had ik
ruim geleg
|