jksten of beroemdsten, en
spoedden zich naar den strijd. Op het slagveld streed ieder op zijn
eigen hand en voor zijn eigen rekening, zonder samenwerking, zonder
eenheid, zonder vastgesteld doel: het eenige, waar het op aan kwam,
was den vijand zooveel mogelijk afbreuk te doen; hij werd op allerlei
wijze gekweld, verontrust, uitgeput, telkens opnieuw overvallen;--en
deze onophoudelijke guerilla-oorlog, waartoe trouwens het terrein
zoo voortreffelijk geschikt, als door de natuur zelve aangewezen is,
was misschien voor den vijand veel gevaarlijker en verderfelijker
dan een geregelde veldtocht, terwijl de Montenegrijnen daarbij
bijna geen gevaar liepen. De nieuwere wijze van oorlogvoeren,
de uitvindingen der moderne strategie, de kunstig samengestelde
bewegingen, de geduchte artillerie en de ver dragende geweren zijn,
in de hier bestaande omstandigheden, van weinig of geen nut. Bovendien
waren, tot voor korten tijd, de Turken niet veel beter gewapend dan
de Montenegrijnen, alleen de artillerie uitgenomen. Peter II heeft
het korps der Perianiki opgericht; maar dit korps is slechts honderd
man sterk, die het nationale kostuum dragen en zich van de anderen
onderscheiden door een soort van fijne pluim of vederbos aan hunne
muts (perianiza); dit is tegelijk eene lijfwacht voor den Vorst,
een soort van policiewacht en een gewapend korps ter beschikking
van de regeering. Danilo, de opvolger van Peter II, de oom van den
regeerenden Vorst, vormde eene soort van keurkorps, meer bepaald
tot zijne lijfwacht bestemd. In 1853 liet Danilo, die het leger
wilde organiseeren, voor het eerst in al de provincien registers of
stamboeken aanleggen, waarin de namen werden ingeschreven van alle
manschappen tusschen de achttien en vijftig jaren; men meene nu echter
niet dat de Montenegrijn, die op vijftigjarigen leeftijd nog in het
volle bezit zijner krachten is, na dien tijd de wapenen niet meer
voert, maar hij is dan niet langer tot de krijgsdienst verplicht.
Bij de samenstelling der kaders gaat men evenzeer van de gemeente
uit; in elke gemeente heeft men een tienman, en in iedere groep van
gemeenten een hoofdman over honderd, die eene kompagnie van honderd
man onder zijne bevelen heeft; boven de hoofdmannen staan weder
de serdars en de woiwoden. Deze, door Danilo ontworpen organisatie
had voornamelijk ten doel, aan alle weerbare manschappen eene vaste
plaats aan te wijzen, opdat ieder bekend zou zijn met den naam van zijn
onmiddelijken ch
|