FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147  
148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   >>  
n leven! Je bent van slechtheid tot slechtheid gevallen en nu tot misdaad toe. Bij wat je mij dwingt te doen, denk ik niet aan jouw leven. --Alan, fluisterde Dorian, met een zucht. Ik wou, dat je voor mij een duizendste gedeelte van het medelijden voelde, dat ik nu voor jou voel. Campbell antwoordde niet. Tien minuten later werd er geklopt; de knecht kwam binnen, hij droeg een groote houten kist met scheikundige stoffen; een lange streng staal-en platinadraad en twee vreemd gevormde ijzeren schragen. --Zal ik alles maar hier neerzetten, meneer? vroeg hij aan Campbell. --Ja, zei Dorian. En Francis, dan heb ik nog een boodschap voor je. Hoe heet die man in Richmond, die altijd orchideeen levert op Selby? --Harden, meneer. --Juist, Harden. Je moest nu dadelijk naar Richmond gaan, Harden zelf spreken en zeggen, dat ik tweemaal zooveel orchideeen moet hebben, als ik besteld had, en zoo weinig mogelijk witte. Het is een prachtige dag, Francis, en Richmond is een aardige plaats; ik zou er je anders niet mee lastig vallen. --O, het is niets geen moeite, meneer. Om hoe laat moet ik terug zijn? Dorian zag naar Campbell. --Hoe lang zal je proef duren, Alan? vroeg hij met rustige, onverschillige stem. De tegenwoordigheid van een derde in de kamer scheen hem moed in te boezemen. Campbell fronsde zijn wenkbrauwen en beet zich op de lippen. --Vijf uur, denk ik, antwoordde hij. --Dan is het tijd genoeg als je om half acht terug bent, Francis. Of weet je wat; leg alles voor mij klaar om mij te kleeden, dan kan je den avond voor jou hebben. Ik eet toch niet thuis, dus heb ik je verder niet noodig. --Dank u, meneer, sprak de knecht, en verliet de kamer. --Nu, Alan verlies nu geen minuut. Wat is die kist zwaar. Ik zal hem voor je dragen. Breng jij de andere dingen dan mee. Hij sprak haastig en bevelend. Campbell gevoelde zich door hem overheerscht. Zij gingen samen de kamer uit. Boven gekomen nam Dorian den sleutel uit zijn zak en draaide het slot open. Toen stond hij even stil, angst in zijn oogen. Hij rilde. --Ik kan niet binnen gaan, Alan, fluisterde hij. --Het kan mij niet schelen. Ik heb je niet noodig, sprak Campbell koud. Dorian opende half de deur; toen zag hij het gezicht op het portret grijnzen in de zon. Op den grond er voor lag het afgetrokken gordijn. Hij herinnerde zich, dat hij van nacht voor het eerst vergeten had het noodlottige doek te bedekken, en hij wilde er op toesnellen, ma
PREV.   NEXT  
|<   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147  
148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   >>  



Top keywords:
Campbell
 

Dorian

 

meneer

 
Richmond
 

Harden

 

Francis

 

hebben

 

noodig

 

binnen

 

fluisterde


antwoordde

 
orchideeen
 

slechtheid

 
knecht
 
verlies
 

minuut

 

dragen

 

genoeg

 

lippen

 

verder


kleeden

 

verliet

 

grijnzen

 

portret

 

toesnellen

 
gezicht
 

schelen

 

opende

 

noodlottige

 

vergeten


herinnerde

 

afgetrokken

 
gordijn
 

bedekken

 

gingen

 

wenkbrauwen

 

overheerscht

 

gevoelde

 

andere

 

dingen


haastig
 
bevelend
 

gekomen

 

sleutel

 

draaide

 
aardige
 

platinadraad

 
vreemd
 
streng
 

groote