FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   >>  
zag bleek. O ja, ze verweekte ze, maar wat kon ze aan zich veranderen? Weken gingen er voorbij en Cecile hoorde niets van Quaerts; dat was altijd zoo: nadat ze hem gezien had, gingen er zoo, slepend, weken voorbij, dat ze hem niet zag. Hij was immers te gelukkig bij haar, dat verwende hem te veel. Hij beschouwde haar als een zeldzaam genot, waarvan men maar weinig genoeg heeft ... En zij, ze had hem eenvoudig lief, met de innigste essence harer ziel, gewoon lief als eene vrouw een man lief heeft ... Zij had hem altijd noodig, iederen dag, ieder uur, bij iederen ademtocht van haar leven. Bij toeval ontmoette zij hem toen, te Scheveningen, waar zij op een avond was met Amelie en Suzette. Toen weer eens, bij toeval, op eene receptie, van Mevrouw Hoze. Hij had iets verlegens tegenover haar en zij gevoelde eenigen trots en vroeg hem niet te komen. Ja, er was iets veranderd in wat zich tusschen hen had geweven. Maar zij leed zeer, ook om dien dwazen trots, en dat zij hem niet met nederigheid smeekte, dat hij komen zou. Hij was immers haar god: wat hij deed was goed. Zoo zag zij hem niet gedurende weken, weken. Het leven ging voort; zij had iederen dag kleine bezigheden, in haar huishouden, voor heure kinderen; mevrouw Hoze berispte haar om hare afsterving van de wereld en zij dacht voortaan meer aan hare visites, terwille van mevrouw Hoze, die dat gevraagd had. In hare herinnering waren stralen; in die stralen zag zij het diner, hunne gesprekken en wandelingen, geheel hare liefde, geheel zijn opzien tot haar, die hij madonna noemde; hunnen laatsten avond van licht en extaze. Dan glimlachte zij en die glimlach zelve straalde over hare smart heen; hare smart, dat zij hem niet meer zag, en zich trotsch gevoelde en wat bitterheid in zich had. Alles moest immers goed zijn, zooals hij het wilde. O, de avonden, de zomeravonden, die koelden na warme dagen, de avonden, die zij alleen zat, turende van uit hare kamer, waar de onyxen lamp met halve vlam brandde, turende van uit de open vensterdeuren naar de trammen, die, rinkelend met bellen, kwamen en gingen naar Scheveningen, vol, vol menschen! Het wachten, het eindeloos lange wachten avonden, avonden lang, in eenzaamheid, als de kinderen waren gaan slapen! Het wachten, als zij maar stil zat, de oogen strak voor zich uit, kijkende naar de trammen, die eindelooze, die vervelende trammen. Waar was haar vroegere gelijkmatige zachtheid van droomend geluk? En waar, waar was haar zo
PREV.   NEXT  
|<   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   >>  



Top keywords:
avonden
 

trammen

 

immers

 
wachten
 
iederen
 
gingen
 

voorbij

 

Scheveningen

 

toeval

 

turende


geheel
 
altijd
 

kinderen

 

mevrouw

 

stralen

 

gevoelde

 

glimlachte

 

glimlach

 

straalde

 

extaze


gesprekken
 

wandelingen

 

gevraagd

 
herinnering
 

liefde

 
droomend
 
hunnen
 

laatsten

 

noemde

 

madonna


opzien

 

zomeravonden

 
bellen
 
kijkende
 

kwamen

 
eindelooze
 

vervelende

 

vensterdeuren

 

rinkelend

 

menschen


eindeloos

 

slapen

 
eenzaamheid
 

brandde

 
koelden
 
zachtheid
 

zooals

 

bitterheid

 
onyxen
 

gelijkmatige