FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   >>  
nnestralend geluk? En waar was haar strijd in zichzelve tusschen wat zij was en wat hij in haar zag? Ook die strijd was niet meer, overwonnen was die strijd; ze voelde niet meer die hevigheid van hartstocht; zij verlangde alleen naar hem, zooals hij altijd gekomen was, zooals hij nu niet meer kwam. Waarom kwam hij niet? Het geluk verwende, de menschen spraken over hen ... Het was niet goed, dat zij veel elkaar zagen--hij had dat gezegd op den vooravond van hun hoogste geluk--niet goed voor hem en niet goed voor haar. Zoo zat zij en dacht zij, en stille groote tranen vielen haar uit de oogen, want zij wist, dat al kwam hij ook een beetje om zichzelven niet bij haar, hij vooral niet kwam om haar. Wat had zij niet gezegd, 's avonds op die bank in de Boschjes, met haar armen om zijn hals! O, zij had moeten zwijgen, dat voelde ze nu. Zij had hare verrukking niet moeten uiten, maar ze stil in zichzelve moeten genieten, als een geheim; zij had hem zich moeten laten uiten: zijzelve had madonna moeten gebleven zijn. Maar het was haar toen te vol, te gelukkig geweest en, in die overmate van geluk, had zij niet anders kunnen zijn dan waar en klaar als een heldere spiegel. Hij had in haar geblikt, hij had haar geheel gezien: zij wist dat, ze was daar zeker van. Hij wist nu, hoe zij hem liefhad; zij had hem dat zelve geopenbaard. Maar zij had hem immers ook geopenbaard, dat dit alles het verleden was, dat zij _nu_ was, die hij wilde! Toen, toen was dat ook waar geweest, klaar en waar ... Maar nu? Duurt extaze dan maar een oogenblik en wist hij dat? Wist hij, dat hare zielevlucht heur hoogste bereikt had en nu weer dalen moest tot gewonere sfeer? Wist hij, dat zij hem nu weer liefhad, gewoon weg, met alles, geheel en al, niet zoo wijd meer als de hemelen, en nu weer zoo wijd maar als hare armen konden uitslaan en omvademen? En kon hij haar die liefde zoo klein niet teruggeven en kwam hij daarom niet bij haar? II. Toen ontving ze zijn brief. "Vergeef me, zoo ik van dag tot dag uitstelde u te komen zien; vergeef me, zoo ik van daag nog niet daartoe besluiten kon en u schrijf. Vergeef me zoo ik u zelfs durf te vragen, of het niet zal moeten zijn, dat wij elkander niet meer zien. Zoo ik u pijn doe en beleedig, zoo ik--God geve van niet--doe lijden, vergeef me, vergeef me! Ik heb misschien uitgesteld uit een beetje besluiteloosheid, maar veel meer omdat ik meende niet anders te mogen doen. "Er is tusschen onze beide l
PREV.   NEXT  
|<   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   >>  



Top keywords:
moeten
 

vergeef

 

strijd

 
voelde
 
geweest
 
beetje
 

tusschen

 

zichzelve

 

anders

 

liefhad


geheel
 
Vergeef
 

zooals

 

gezegd

 

hoogste

 

geopenbaard

 

teruggeven

 

liefde

 

bereikt

 

zielevlucht


gewonere
 

konden

 

uitslaan

 
hemelen
 

daarom

 
gewoon
 
omvademen
 

daartoe

 

misschien

 

uitgesteld


besluiteloosheid

 

lijden

 
meende
 
beleedig
 

oogenblik

 
uitstelde
 

ontving

 

besluiten

 

schrijf

 

elkander


vragen

 

madonna

 
vooravond
 

elkaar

 
stille
 
groote
 

zichzelven

 

vooral

 
tranen
 

vielen