er toeeigenen,
hem onvoltooid te hebben gelaten.
In de jaren, die volgden toen de plechtigheden van den eeredienst
nog slechts voor een gedeelte werden uitgevoerd, oordeelden de
priesters het goed, zoo dicht mogelijk bij de plaats, waar zij hun
werk uitoefenden, zich te vestigen en in den heiligen tempel te
gaan wonen. Het was ook op zulk een heilige plek, dat de dweepzieke
monniken, die het egyptisch christendom beleden, hen vonden, toen
zij het vorstelijke, gewijde gebouw vernielden, en drie-en-twintig
priesters onder het puin begraven werden. Het kan dus niet verwonderen,
dat de lagere volksklasse, het voorbeeld volgend van de geestelijken,
er haar leemen hutten bouwde en de heilige plaatsen op alle mogelijke
manieren ontwijdde, zoodat deze ten slotte nog voor een deel gespaard
zijn gebleven door de vuilheid en de onverschilligheid der bewoners.
Toen dan ook Mariette in 1859 de ontgraving begon van de gebouwen
van Abydos, moest hij eerst de bewoners uitdrijven, die er sinds
onheuglijke tijden woonden, en hij heeft nog niet eens alles gedaan,
wat er te doen was, want de eerste groote zaal van den tempel van Seti
I ligt onder een puinheuvel, waar nog steeds de woningen op staan,
die men er gebouwd heeft.
Abydos nam zonder eenigen twijfel deel aan het eerste ontluiken van
het Egyptische rijk in den historischen tijd; maar voor dien van
wel zestig eeuwen voor onze jaartelling dagteekenenden tijd, was de
plaats reeds bevolkt, zooals ik heb gezegd, en ook reeds eenigszins
gevorderd op den weg van de beschaving. Daar kan men niet langer aan
twijfelen, na wat ik er heb voor den dag gebracht en na wat anderen
er later hebben gewerkt.
Zoo men van die alleroudste tijden zeer weinig weet, een tijd
nog vijftien a twintig eeuwen den vroeger genoemden voorafgaand,
toch weet men reeds veel over de vreedzame of oorlogszuchtige
gewoonten van de menschen, die in Abydos leefden. Aan de kunst werd
er met merkwaardig succes gedaan; de industrie maakte er prachtige
vorderingen. De voorwerpen, die de opgravingen hebben aan het licht
gebracht, pleiten daar sterk voor en toonen aan, dat men reeds in dien
zeer vroegen tijd het hieroglyphenschrift had uitgevonden. Dezelfde
onzekerheid bestaat ook thans nog omtrent de gebeurtenissen, die men
historisch noemt onder de eerste dynastieen; men weet intusschen, dat
de dienst van Osiris er reeds gevestigd was en er werd uitgeoefend,
dat men een groote rechthoekige vesting had moeten maken, d
|