FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   >>  
Hij schudde het peerd zijn manen en zijn steert, en rukte Pallieters klak van zijn kop, dat zij omhoog vloog lijk een vogel en in 't tintelende water van de Nethe viel. Doch Pallieter zag niet om, hij reed maar voort, wild en dwaas, zonder teugel, om al het geweld van den jongmakenden wind over hem te laten gaan. Mannelijk genot! Ver gingen de kruisen, wit en rood, langs de blonde wegen, en overal sloegen de molens lijk de priesters kruisen over 't veld, en ginder wapperde de wind een boerenmeid haar rokken omhoog. De zon tuimelde ineens door de wolken en dat gaf een taal aan al de koleuren des velds, dat alles sprak en juichte! "De kruise late elle al gevoele!" riep Pallieter.... En nog den eigensten avond was de wind gaan liggen, kwam er over het land een zoete zoelte, en begonnen de perelaren bedwelmend te geuren. De hemel was zuiver lijk kristal, de sterren schenen klaar in de maagdelijke versche blauwte, en laag aan de lucht hong het eerste sikkeltje van de rijpende maan. Pallieter lag met Marieke nog door het venster hunner slaapkamer. Zij waren reeds half ontkleed om slapen te gaan, maar de goedheid van den nacht weerhield hen uit het bed. Marieke hield haar hoofd gelegen op Pallieters schouder, en hij had zijnen arm om haar heupen. Ze zwegen en luisterden naar een nachtegaal, die alleen in de verholenheid van een bloeienden kerseboom zijn gouden hart liet roeren. Maar daar, als niet opeens begonnen, klonk er van op het Begijnhof het diepgevoeld gestreel van een cello. "'t Is de pastoor," zei Pallieter. "Spijtig dat 't Begijnhof gesloten is," zei Marieke. "Wacht," wedervoer hij verheugd, "we zullen er me het schuitje henegaan. Kom!" Ze kleedden zich haastig aan en gingen in het schuitje. Langs het smalle Hemdsmouwken dreven ze het Begijnhof op. Terwijl klonk almaardoor de zoete gemoedelijke stem van den gevoeligen cello. Stil vaarden ze, en aan 's pastoors hof, die met planten-bekleed-traliewerk van het waterken gescheiden was, hielden ze stil en bleven rechtstaande in het schuitje luisteren. De pastoor zat buiten, onder een bloeiende perelaar. In den donkeren zag men alleen zijn grooten kop en zijn bleeke handen. Hij speelde de diepe "Droomerij" van Schumann. Het was lijk een gebed. De pastoor bad met zijne muziek. Als 't uit was bleef er een lange stilte, 't Was voor Pallieter zonde in deze geurige stilte zijn stem te laten spreken: maar hij liet een grooten vollen zucht, de
PREV.   NEXT  
|<   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   >>  



Top keywords:

Pallieter

 

Marieke

 
pastoor
 

schuitje

 

Begijnhof

 
begonnen
 
gingen
 
grooten
 

kruisen

 

Pallieters


stilte
 

omhoog

 

alleen

 
verheugd
 
wedervoer
 
zullen
 
zijnen
 

henegaan

 

kleedden

 
diepgevoeld

roeren

 

luisterden

 

gouden

 

kerseboom

 

nachtegaal

 
verholenheid
 

bloeienden

 

zwegen

 

heupen

 

gestreel


Spijtig

 

opeens

 
haastig
 

gesloten

 

speelde

 

Droomerij

 

Schumann

 
handen
 

perelaar

 

donkeren


bleeke

 

geurige

 

spreken

 

vollen

 

muziek

 
bloeiende
 
vaarden
 

pastoors

 

gevoeligen

 

gemoedelijke