FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   6   7   8   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   >>  
tstapje te doen, om nog eens al de oorden te bezoeken, waar zij in hare kinderjaren geweest was. * * * * * Rene had aan Laurence gezegd dat hij eenen vriend bezat, Leon Duval genaamd, dien hij gewoonlijk ieder jaar voor eenigen tijd bij zich uitnoodigde, doch dat hij ditmaal van gedacht was hem voor niet langer dan eenen dag te vragen, daar hij vreesde dat zijne aanwezigheid haar misschien zou onaangenaam zijn. Laurence antwoordde daar vooreerst niets op, doch meende in de woorden van Rene eene verborgene spijt te ontdekken. Zij dacht ook dat het haar niet toekwam den broeder, die voor haar zooveel deed, van een gezelschap te berooven, waaraan hij scheen te houden, en welke ook hare inwendige gevoelens over een dergelijk bezoek zijn mochten, bad zij hem met oprechtheid juist te handelen voor zijnen vriend alsof zij daar niet ware, en voegde erbij dat hij die zijn vriend was, haar ook geenszins mishagen zou. Rene kon zijne vreugde niet verbergen bij zulke goede woorden en bedankte haar erkentelijk, en zij voelde zich ook gelukkig zijn inwendig verlangen zoowel begrepen te hebben. Laurence was na het middagmaal op de bank onder de magnolias gaan zitten, terwijl Rene aan zijne bezigheden bleef. Milan, haars broeders jachthond, lag slaperig en lui voor hare voeten uitgestrekt. Zij was daar sinds eenigen tijd aan 't lezen, toen hare aandacht verstrooid werd door een geluid van stemmen en voetstappen, welke tot haar schenen te naderen. Zij richtte het hoofd en ontwaarde met eenige verbazing een in het zwart gekleede jonge heer, welke, door haren broeder vergezeld, zich wendde tot de plaats waar zij zich bevond. Zij dacht dadelijk dat dit de vriend zou zijn, waarvan Rene haar gesproken had. Laurence had haar boek gesloten en was opgestaan, terwijl de jonge heer, zijnen hoed in beide handen houdend, met eene hoffelijke groetenis tot haar genaderd kwam. "Mijnheer Leon Duval, mijn beste vriend,--Laurence, mijne zuster," sprak Rene, de beide jongelieden aan elkaar[1] voorstellend. De vreemdeling boog zich eerbiedig en het meisje groette hem met een vriendelijk welkom. Zij zetteden zich neder onder de bloeiende boomen. Het kwam Laurence zonderling voor, maar reeds bij den eersten oogopslag scheen het aangezicht van den jongen heer haar niet onbekend te zijn, al zocht zij vruchteloos in haar geheugen waar of in welke omstandigheden zij hem wel eens gezien mocht hebben. Zijne zeer aangename gelaatstrekken sc
PREV.   NEXT  
|<   6   7   8   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   >>  



Top keywords:

Laurence

 

vriend

 

hebben

 

woorden

 

broeder

 

terwijl

 
eenigen
 
zijnen
 

scheen

 

opgestaan


gesproken

 

hoffelijke

 

houdend

 

aandacht

 

gesloten

 

handen

 

geluid

 

ontwaarde

 

groetenis

 
eenige

richtte

 

stemmen

 

voetstappen

 

schenen

 

naderen

 

verbazing

 

bevond

 

dadelijk

 
waarvan
 

plaats


wendde

 

gekleede

 

vergezeld

 

verstrooid

 

jongen

 
onbekend
 

vruchteloos

 

aangezicht

 

oogopslag

 

zonderling


eersten

 
geheugen
 

aangename

 

gelaatstrekken

 

omstandigheden

 

gezien

 
boomen
 

jongelieden

 

elkaar

 
voorstellend