FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   >>  
ene vurige stralenkroon deed glanzen, hem voortdurend met zijnen lieven en onveranderlijken glimlach aanstaren. * * * * * De laatste bloempjes zijn ontloken. Het zijn de lilakleurige asters met hunne gele hartjes, die dicht bijeen op hunne slokachtige takjes staan, gelijk de laatste zwaluwtjes die ook te zamen zitten, vooraleer zij ons verlaten. De dagen zijn verkort en worden koel en mistig bij ochtend en avond. De nachtrijm hangt des morgends eenen pereldauw aan de draadjes van de spinneweb. De lucht bij dage is rein en stil, zoo stil, dat de windmolens, die niet kunnen draaien, hunne ontbloote zeilen als naakte geraamten onbeweegbaar over het landschap uitsteken. De gele bladeren der boomen vallen traagzaam neder, met een licht geruisch gelijk een weemoedigen zucht, en kraken onder den voetstap. Het groene rapenloof vervangt de plaats der golvende korens; de jonge haas springt er verwilderd uit en vlucht voor de komst des jagers. De weiden zijn opnieuw bedekt met kort en frisch groen, waarop het vee komt grazen. De jonge knapen zamelen de droge bladeren der boomen of de dorre groes der aardappelvelden bijeen, en maken er hun vuurken mede, waaruit men hier en daar de blauwe rook in dunne streepjes ten hemel op ziet stijgen. Alles schijnt te rusten; alles schijnt in stille overpeinzing tot eene heimvolle gedaanteverwisseling over te gaan. Het is de zomer niet meer, het is de winter nog niet, het zijn de eerste dagen van den slapenden en weemoedigen herfst. Leon Duval is vertrokken. Rene en zijne zuster hebben hem in hun rijtuig tot aan het station vergezeld en keeren nu alleen naar hunne woning terug. Beiden zitten stilzwijgend. Zij ondergaan dien indruk van afzondering en spijt, welken ons de afreis van eenen goeden vriend achterlaat. De herfstzon is onder in het westen; de duisternis daalt rasser over de aarde neder. De lantaarnen van het open rijtuig werpen hunne dansende en gele stralen langs beide kanten van den steenweg en Milan loopt hijgend achter de voeten van het paard, juist voor het vorenwiel des rijtuigs. Hij verkeert in gestadig gevaar door het gespan overreden te worden, maar hij heeft het aldus van jongs af opgenomen en anders loopen wil hij niet. Rene laat hem begaan. Laurence leunt zich achterover in het rijtuig en doet hare oogen toe als om te rusten. De vlugge ren van het paard veroorzaakt een koelen wind, die haar doet huiveren. Zij vouwt haar wollen halsdoek dubbel toe
PREV.   NEXT  
|<   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19   >>  



Top keywords:

rijtuig

 

worden

 

schijnt

 

weemoedigen

 

rusten

 

boomen

 
bladeren
 
zitten
 

bijeen

 

laatste


gelijk

 

station

 

eerste

 

overpeinzing

 

goeden

 

vriend

 

slapenden

 

afreis

 

welken

 
achterlaat

duisternis

 

winter

 

westen

 

rasser

 

zuster

 

herfstzon

 

herfst

 

woning

 
heimvolle
 

Beiden


gedaanteverwisseling

 

alleen

 

keeren

 

stilzwijgend

 

vertrokken

 
hebben
 

indruk

 

afzondering

 

vergezeld

 

ondergaan


Laurence

 
begaan
 

achterover

 

opgenomen

 

anders

 

loopen

 
huiveren
 

wollen

 

halsdoek

 
dubbel