FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   323   324   325   326   327   328   329   330   331   332   333   >>  
it, zeggende: Ik heb u vroeger meer gezien. Gij zijt.... --Ik ben Iras, de dochter van Balthasar. Esther overwon haar tegenzin en bood de bezoekster een zetel aan. --Neen, zeide Iras koel. Ik blijf maar kort. De twee vrouwen zagen elkander onderzoekend aan. De arme Iras was zeer vervallen. Nog bezat de slanke gestalte haar vroegere gratie, maar haar wezen droeg den stempel van een in zonde doorgebracht leven. De uitdrukking van haar gelaat was brutaal, de groote oogen somber, de wangen kleurloos. Een harde trek lag om haar mond, en een algeheele verwaarloozing maakte haar oud voor haar tijd. --Zijn dat uwe kinderen? met deze vraag verbrak zij het stilzwijgen. Esther wendde den blik naar hen en glimlachte. Ja, wilt gij ze niet zien? --Ik zou ze maar verschrikken. Toen kwam zij dichter bij Esther, en daar deze onwillekeurig terugweek, zeide zij : Wees niet bang. Ik heb een boodschap voor uw man. Zeg hem, dat zijn vijand dood is, dat ikzelf hem gedood heb, om de matelooze ellende, die hij over mij gebracht heeft. --Zijn vijand? --Ja, Messala. Zeg uw man verder, dat ik voor het nadeel, dat ik hem heb willen berokkenen, zoo zwaar gestraft ben, dat zelfs hij mij beklagen zou. De tranen kwamen Esther in de oogen; zij wilde spreken. --Neen, zeide Iras, ik vraag geen tranen of medelijden. Zeg hem ten slotte, dat volgens mijne ondervinding een Romein geen mensch is maar een beest. Vaarwel! Zij keerde zich om en wilde heengaan, Esther volgde haar. --Blijf nog wat, en wacht totdat mijn man thuis komt. Hij is niet boos op u. Hij heeft overal naar u gezocht. Hij zal uw vriend wezen, ik zal uwe vriendin zijn. Wij zijn christenen. Maar de andere wilde niet. --Neen, zeide zij, wat ik ben werd ik door eigen keus. Het zal niet lang meer duren. --Maar, zeide Esther aarzelend, kunnen wij dan niets voor u doen? Kan ik niets.... Het gelaat der Egyptische verzachtte, een flauwe glimlach speelde om haren mond. Zij zag naar den grond. Ja, zeide zij, ik zou.... Esther Volgde haar blik, en begrijpende wat in haar omging, zeide zij: Doe het maar. Iras ging tot hen en kuste beiden. Toen ging zij zwijgend naar de deur en was verdwenen, voordat Esther haar kon tegenhouden. Toen Ben-Hur dit bezoek vernam, werd hem zekerheid wat hij reeds lang vermoed had, namelijk dat Iras op den dag der kruisiging haar vader verlaten had om Messala te volgen. Hij ging terstond op weg en deed overal onderzoek naar haar.
PREV.   NEXT  
|<   323   324   325   326   327   328   329   330   331   332   333   >>  



Top keywords:
Esther
 

Messala

 
tranen
 

vijand

 

overal

 

gelaat

 
verlaten
 

vroeger

 
gezocht
 
christenen

namelijk

 

andere

 

vriendin

 

volgen

 

zeggende

 
vriend
 

kruisiging

 

Vaarwel

 

onderzoek

 

mensch


ondervinding

 

Romein

 
keerde
 

gezien

 
totdat
 

heengaan

 
volgde
 

terstond

 

tegenhouden

 
Volgde

glimlach
 

speelde

 

begrijpende

 

omging

 

beiden

 

zwijgend

 

voordat

 

flauwe

 

verzachtte

 

aarzelend


kunnen

 

verdwenen

 

vermoed

 
zekerheid
 
Egyptische
 

volgens

 

bezoek

 

vernam

 

verwaarloozing

 
maakte