FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   223   224   225   226   227   228   229   230   231   232   233   >>  
oeit, dat ons het in de vertaling natuurlijk verdwenen rhythme van den ouden dichter althans eenigszins zou kunnen vergoeden. De heer Spitz zal hier wellicht brommen: waartoe dit verwijt, heb ik mij dan ooit voor kunstenaar uitgegeven? Neen, antwoord ik dan, maar men heeft het recht te verwachten, dat gij het in voldoende mate zult blijken te zijn, indien gij een werk als dit onderneemt. Gij hebt--de fout van zoovelen--het waarachtige, maar niet genoegzaam sterke schoonheidsbesef, dat ge u eigen wist; de pieteitvolle liefde, die ge voelde--en wier beider wezen men dan ook wel degelijk in uwe vertaling bespeurt--met de macht verward, die als schoonheid-herscheppende waarden te doen gelden.... Neen, dit is uw werk niet, het is uw werk nog niet, althans. Het is arbeid voor een Boutens, een Van Suchtelen, een Verwey. En zoo nauw luistert dit, dat ik zelfs denk, dat het wellicht ook geen werk zou zijn voor bijv. onzen grooten en genialen Meester Jacobus van Looy, omdat diens stijl allicht weer te zwaar en te verwikkeld voor zoo naieven eenvoud [p.292] zou blijken. Met uw Uit Hooft's Lyriek, daarmee waart ge op den goeden weg: die kranige voorrede, daar zat iets mooi-eigens in. Frank en fleurig droegt ge uw eigen gedachten voor, op eigen toon. Doch dit vreemde was u te groot, en daarom kwam uw goede en nog pas ontluikende eigenheid niet boven, maar daarentegen een niet goede, een als linksche, als hakkelende eigenheid, gelijk bij een kind, dat uit schroom zich dommer toont dan het is, als het staat voor den meester, dien grooten, geweldigen man. Hetgeen alles niet wegneemt, dat ge, zooals ik reeds zei, een uitmuntend werk hebt gedaan, omdat ge op iets kostelijks, het grootste deel van het lezend publiek nagenoeg onbekend, weer de aandacht hebt gevestigd en dat gedaan hebt met ernst en toewijding, want: met het volle talent, waarover gij beschikte....--Doch over het algemeen ben ik van oordeel, dat men eerst met het publiceeren van bewerkingen of vertalingen van andermans werk mag beginnen, indien men reeds een zeker meesterschap verworven heeft. Waarom?... Toen ik het diamantklooven leerde, sloeg ik menig kostbaar steentje van m'n goeien leerbaas kapot, maar--mijn ouders hadden hem dan ook een niet onaanzienlijk leergeld betaald.... Wat echter zoudt gij een dichter betalen, als ge zijn diamanten vergruizeld hadt?... Maar m'n hemel, daar heb ik, maar pratend met den heer Spitz, heelemaal niet meer tot m'n jonge vrienden gesproke
PREV.   NEXT  
|<   223   224   225   226   227   228   229   230   231   232   233   >>  



Top keywords:

eigenheid

 

althans

 
gedaan
 

indien

 
dichter
 

vertaling

 

blijken

 
wellicht
 

grooten

 

aandacht


onbekend

 

nagenoeg

 

publiek

 
lezend
 

kostelijks

 

grootste

 
gevestigd
 

uitmuntend

 

toewijding

 

hakkelende


linksche
 

gelijk

 
daarentegen
 
daarom
 

ontluikende

 
schroom
 

geweldigen

 

Hetgeen

 

wegneemt

 

meester


dommer

 

zooals

 

verworven

 
betaald
 

leergeld

 

echter

 

onaanzienlijk

 

leerbaas

 

ouders

 

hadden


betalen

 

diamanten

 
vrienden
 

gesproke

 

heelemaal

 

pratend

 

vergruizeld

 

goeien

 

steentje

 
publiceeren