mosissima_!" riep M.
Fruyts in verrukking uit. "Bedriegt gij mij niet? Neen, neen, het is
waarheid! Laat zien dien wortel!"
Hij nam het paksken uit de handen van den jongeling, rukte het papier
en het mos er af en betastte den wortel aan alle zijden met eenen zoo
zoeten glimlach, dat het genoeg te zien was, wat vermaak hij in deze
betasting vond.
"O, het is een wortel," mompelde hij, "ja, eene _Striata
Formosissima_."
Eene invallende gedachte versomberde zijn gelaat.
"Welnu," zuchtte hij, "gij zijt gelukkig, Frans, dat gij die Dahlia
hebt, gij kunt er zoovele medailles mede winnen als gij begeert."
"Ik?" sprak de jongeling. "Neen, Mijnheer Fruyts. Ik wist dat de heer
V---- sedert vier dagen een wortel van de _Striata Formosissima_
gekregen had. Daar hij mijn vriend is, heb ik niet over den goeden
uitslag mijner pogingen gewanhoopt. En gij ziet hoe gelukkig ik was.
De heer V---- heeft mij zijnen eenigen wortel afgestaan. Niemand
bezit hem nu in de omstreken, misschien niet in Belgie, dan ik
alleen. Zoudt gij hem van mij willen aanvaarden, als een bewijs
mijner mededeeling in uwe droefheid?"
Een zeldzame gil bonsde uit den lang benepen boezem van M. Fruyts;
hij deed eenen stap vooruit, greep den wortel aan en hield hem met de
eene hand tegen zijn hart, terwijl hij met de andere den jongen
Bielens naar het huis voorttrok. Hier zat de dochter bij de stoof te
weenen, dat de tranen van hare wangen biggelden. Vrouw Fruyts rustte
met het hoofd op de hand; haar aangezicht was verre van aantrekkelijk
te zijn en scheen tot haren man te willen zeggen:--"Zijt gij daar,
flauw bescheid?" Maar hij, in zijne vreugde daarop geene acht
gevende, hief den wortel boven zijn hoofd en riep zegepralend:
"Hoera! Hoera! Ik heb mijne _Striata Formosissima_ weer! Toe, vrouw!
laat ons alles vergeten, en zie toch zoo zuur niet meer. Haal al gauw
eene goede flesch uit den kelder,--van het patersvaatje! En gij,
mijne lieve Trees," sprak hij, zijne dochter bij de hand vattende,
"vergeef mij ook, mijn kind, dat ik zoo boos ben geweest.--Kom hier,
Frans, mijn zoon!"
Hij legde de hand zijner dochter in die van Frans en riep:
"Vivat _Striata Formosissima_! Leeft lang en trouwt na Paschen!"
VOETNOTEN:
45: Een gewichtig verdrag tusschen Belgie en Holland.
46: Dianthus Caryophyllus.
47: Lychnis Dinica.
48: Aquilegia--Paeonia--Dianthus barbatus--Digitalis
pupurea--Cheiranthus--Astrantia--Campanula--Anthirrinum--Lilium-
|