The Project Gutenberg EBook of Ons Vaderland van de vroegste tijden tot de
15de eeuw, by M. Lievevrouw-Coopman
This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with
almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or
re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included
with this eBook or online at www.gutenberg.net
Title: Ons Vaderland van de vroegste tijden tot de 15de eeuw
Author: M. Lievevrouw-Coopman
Release Date: February 25, 2004 [EBook #11288]
Language: Dutch
Character set encoding: ASCII
*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK ONS VADERLAND ***
Produced by Joris Van Dael and PG Distributed Proofreaders
ONS VADERLAND
van de vroegste tijden tot de 15de eeuw door
M. LIEVEVROUW-COOPMAN
HOOFDONDERWIJZERES
Teekeningen van E. ROELANT, kunstschilder.
1904
1.--De Hut in het Woud.
Er waren eens twee kinderen, een jongen en een meisje. Zij bewoonden
eene kleine hut, uit leem en riet vervaardigd. Die hut had
schoorsteenpijp, noch vensters, dus konden licht en lucht er enkel langs
de deur binnendringen, terwijl de rook van het haardvuur de woning
verliet door eene nauwe opening, midden in het dak.
Wel was de hut armoedig, maar het groote woud, dat haar omringde, was
wonderschoon. Heerlijk mos bedekte den grond, hooge varens wiegelden er
hare bleekgroene pluimen, terwijl forsche eiken, ver boven de hut, hunne
takken broederlijk dooreen strengelden.
's Zomers zongen honderden vogeltjes in het gebladerte: vinken, meezen,
winterkoninkjes, meerlen, nachtegalen vereenigden er hunne stemmen, tot
een enkel koor van levenslust.
"Koekoek! koekoek!" klonk het dan schaterend in de verte en de kleine
hutbewoners lachten en herhaalden het spottend geroep van den
zwartgevlerkten zanger.
Dat vroolijk spelletje duurde dagen en dagen, "Koekoek! koekoek! waar
zijt ge?" vroegen thans de kinderen, "Kom bij ons, we zullen u wormpjes
zoeken en broodkruimels voor u strooien," maar de vogel kwam niet en
deed, luider en luider zijn eentonigen zang door de blauwe zomerlucht
weergalmen.
"Willen wij hem opzoeken?" sprak de knaap tot zijn zusje.--"Ik durf
niet, Atto, moeder zegt gedurig, dat wij ons van hier niet mogen
verwijderen."--"Zij zal het niet weten" lachtte Atto, "zij is vader
tegemoet, die heden van de jacht terugkomt."
En Juna liet zich overreden.
Hand aan hand, blootsvoets, half naakt, stapten de kleinen over het
zachte mo
|