tikt.
[2] Veranderen, maken.
[3] Deze zijn, even als 't verkwisten, geheel van Huygens vinding;
in 't tSpaansch wordt alleen van 't eten der doon en levenden
gesproken.
[4] Gebroken, ongeschikt tot werken.
[5] Stopt lapt.
[6] Gewone.
[7] wordt.
[8] Op een uit, op 't zelfde neer.
[9] vermoeid.
[10] Loert.
[11] Meer Spaansch inderdaad, dan Nederlandsch.
[12] De laatste regel ontbreekt in 't Spaansch.
[13] Dag, namelijk.
[14] Men herinnere zich 't fransche zeggen van St. Real:
mijn beleg is klaar.
[15] Versta: het bang worden.
[16] Vroeger zou Huygens juist omgekeerd gevoedt en moet geschreven
hebben; verg. III en IV. bl. 178 en 118. aant. 241.
[17] Ontbreekt in 't Spaansch dat Amor Amor heeft.
[18] Nederl. uitbreiding.
[19] Portugeesch.
[20] Ver.
[21] Zoo is 't gapen aanstekelijk.
[22] Verkieslijkste, beste.
[23] Bijvoeging van Huygens.
[24] Nederl.: Geen spek voor uw bek.
[25] Fransch voor vader, even als mameer voor moeder.
[26] Deur.
[27] Met rede overtuigen.
[28] Bijvoeging van Huygens.
[29] Versta: moet nemen, wat men hem geeft.
[30] Niets bijzonders.
[31] Portugeesch.
[32] Iemand.
[33] wordt.
[34] Portugeesch.
[35] Alles.
[36] bedel.
[37] Portugeesch.
[38] Roes, kleine dronkenschap.
[39] Negers.
[40] Naar 't oorspronkelijke geslacht (bestia.)
[41] Gekakel.
[42] Versta: geeft sijn schaduw.
[43] Roemen.
[44] Toenaam.
[45] Versta: van gekken en boozen.
[46] Vrolijk.
[47] noodzakelijk.
[48] Thans in verlengden vorm Reiziger.
[49] Tevens, zoodra.
[50] Maatshalve voor ding, dingk.
[51] Opdringen.
[52] kluifjen.
[53] Portugeesch.
[54] Geluk.
[55] Opgebonden.
[56] Portugeesch.
[57] Vier.
[58] Gebakken.
[59] Versta: op de tanden, barsche lui.
[60] Merrie.
[61] Portugeesch.
[62] Twee Spaansche regels tot zes Hollandsche uitgebreid.
[63] Kapsel.
[64] Anders: Trechter.
[65] Pupil, petekind.
[66] Het Spaansche Kapotjas ware hier meer Hollandsch dan 't schijnbaar
meer Holl. Mantel.
[67] In 't Spaansch alleen de laatste regel.
[68] Versta: En niets schuldig is.
[69] Zou volstaan.
[70] Vertrouwt.
[71] Portugeesch.
[72] Overweegt.
[73] Dienders.
[74] Ziekte-kuur, behandeling.
[75] bedelt.
[76] Van.
[77] Overeters, vreters.
[78] Wordt.
[79] Portugeesch.
[80] Glazen.
[81] Heilig.
[82] Heelmeester.
[83] Thans: niets.
[84] Blusschen.
[85] Thans: plant.
[86] Versta: bedeksel.
[87] Bij.
[88] Portugeesch.
[89] Het gerecht, de rechtsprekers.
[90] Portu
|