en bespat, tot ze fonkelen in een glorie van diamanten. De
kleuren van den regenboog zijn 's avonds alle weer te vinden in 't
gordijn van 't Westen, waar de zon zich achter ter ruste begeeft;
in een woord Vina del Mar is een gezegend plekje gronds.
Het ligt op slechts vijf mijlen afstands van Valparaiso, op het punt
waar de baai, zich verwijdend, overgaat in den Oceaan, zoodat het
gedeeltelijk beschut is voor de open zee en toch het volle genot heeft
van den zeewind. 't Riviertje, de Quilpue, op welks zuidelijken oever
Vina del Mar ligt, bereikt er de zee, terwijl de lage bergen er, in
een halven kring geschaard, op neerzien. De straten loopen evenwijdig
aan het riviertje en worden verfraaid door veel boomen; een plein
vormt het midden van de stad, en eigenaardig genoeg verrijst aan dat
plein niet alleen een kerk, maar staat er ook het spoorwegstation
met een promenade ervoor langs. Het is de gewoonte in Vina del Mar,
zoowel als aan de meeste spoorwegstations van Midden-Chili, dat de
jongelui een half uur voor de aankomst der avondtreinen aan 't station
samenkomen en op het perron heen en weer wandelen. Heele gezinnen
nemen dikwijls aan die wandelingen deel, en er zijn evenveel ouden
van dagen als jongen bij de groepen, die er slenteren en pratend en
lachend zich amuseeren. Als de trein binnenkomt, wordt het tooneel
met welkomstgroeten en afscheidswoorden nog verlevendigd. In kleine
stadjes heeft dat stationsbezoek bepaald een sociale beteekenis;
de mooiste japonnen worden vertoond en de gezelligheid, ook de
babbelzucht, viert er hoogtij.
Vina del Mar is niet altijd het pretstadje geweest, dat het nu is,
en nog niet zoo heel veel jaren geleden is het tot een afzonderlijke
gemeente verheven. Tijdens de eerste dagen na de spaansche verovering
was het alleen belangrijk als monding van de Rio de las Minas,
de Mijnrivier, nu Quilpue geheeten, die de streek der groote
Malga-Malgamijnen besproeide, waaruit zij met een rijken oogst aan
goud te voorschijn kwam. De tooneelen, die toen het meest in Vina del
Mar werden afgespeeld, waren dikwijls gruwelijk, want de slavernij
heerschte in barbaarschen vorm, en de zweep werd ijverig gebruikt,
als middel om 't gezag te handhaven, terwijl elke insubordinatie met
een wreeden dood gestraft werd. Wel groot verschil dus met het heden,
dat van rust en van levensgenot een beeld geeft.
Toch was de plaats toen een belangrijk bezit, en Pedro de Valdivia,
Chili's veroveraar, beschouwde de t
|